‘‘We kunnen óf dronken worden óf nu weggaan’, zegt hij. Twinkelen zijn ogen nou echt of zie ik mijn spiegelbeeld? Lees verder
Zoek resultaten:
147 artikelen bevatten 'echtscheidingsperikelen'
‘We zitten aan een tafeltje bij het raam en weten alle drie niet goed wat te zeggen. Ik niet omdat ik me beschaamd voel dat ik getuige was van deze intrieste crematie zonder toespraken en zonder tranen… Lees verder
‘Ze vraagt of ik met haar mee wil gaan naar zijn crematie. Ze vindt dat ze er niet weg kan blijven – al is dat maar voor zijn moeder en zijn dochter – maar wil daar niet alleen staan… Lees verder
‘Waarom stapte hij er niet uit toen we nog niet gescheiden waren? Dan was ik niet de helft van mijn huis, mijn erfenis, mijn pensioen aan hem kwijtgeraakt.’ Lees verder
‘Ik wil verder met mezelf en met mijn werk en mijn dochter en mijn vrienden. Ik wil niet meer tobben over what if en de kok en zijn fratsen.’ Lees verder
‘‘Hij weet precies hoe hij onder je huid moet kruipen hè?’ Ze vroeg of ze moest komen toen ik haar belde, huilend… Lees verder
‘Doodgemoedereerd zit hij op het bankje van de buren verderop. Alsof er niets is voorgevallen daar in die kroeg en hij zich helemaal nergens voor hoeft te schamen… Lees verder
‘De kastelein was met de kok meegelopen tot op de stoep. Een soort uitgeleide uit voorzorg. Met een ‘van het huis, voor de schrik’ had hij twee verse wijntjes voor ons neergezet en gezegd dat hij het wel hoorde als we ‘m nodig hadden… Lees verder
‘Liegen en bedriegen dus. Dat is het enige wat je met zekerheid over de kok kan zeggen. En dan heb ik vast nog lang niet alles gehoord, want vanavond staat er een vervolg met zijn ex gepland… Lees verder
‘Je gaat op een soort Out of Africa-honeymoon en je vent doet de helft van die hele vakantie zijn bek niet open om je weet niet eens wat? Lees verder
‘Hoeveel mensen heeft die kok dan op zijn kosten laten overnachten in die vijfsterrenhut?’ vraagt vriendin M… Lees verder
‘Toen ik met de ex van de kok uit de kroeg werd gezet omdat alle tl-lampen aangingen en de kastelein naar huis wilde, tolde mijn hoofd van de verhalen… Lees verder
‘Ik voel me alsof ik een date heb, wat feitelijk ook zo is. Alleen hoort deze rare onrust totaal niet bij een afspraak met gewoon een vrouw… Lees verder
‘Wie is deze vrouw – aan het handschrift te zien komt dit anonieme briefje op mijn deurmat van een vrouw?’ Lees verder
‘Hé! Waar zit jij?’ Hij heeft blijkbaar iets tegen me gezegd, maar ik heb het niet gehoord. Het bonnetje van de horecagroothandel heb ik weer terug in de tas gefrommeld… Lees verder
‘Het bezoek van de kok is van een week terug. Nadat hij mijn keukentafel nogal halsoverkop had verlaten bleef het drie dagen stil. Toen ging hij – of moet ik zeggen: het? – me ongewild toch bezighouden en belde ik hem… Lees verder
‘Hoe erg is het dan met je dochter?’ vraag ik. De kok zit nog steeds te snotteren aan mijn keukentafel en hij slaat de bellen wijn zo vliegensvlug achterover dat het lijkt alsof er geen bodem in de man zit… Lees verder
‘Voor de draad ermee’, zeg ik. Want ik zie het aan hem… Lees verder
‘Ik vraag of hij er behoefte aan heeft om langs te komen zodat ik hem kan troosten en we kunnen praten, want wat moet ik nou door de telefoon zeggen op dit verhaal? Lees verder
‘Ik vraag wat ik al weet. Of hij zit te janken aan de telefoon. Was ik echt zo bitchy dat ik een volwassen vent aan het huilen heb gebracht? Lees verder
‘‘We kunnen óf dronken worden óf nu weggaan’, zegt hij. Twinkelen zijn ogen nou echt of zie ik mijn spiegelbeeld? Lees verder
‘Ze vraagt of ik met haar mee wil gaan naar zijn crematie. Ze vindt dat ze er niet weg kan blijven – al is dat maar voor zijn moeder en zijn dochter – maar wil daar niet alleen staan… Lees verder
‘Ik wil verder met mezelf en met mijn werk en mijn dochter en mijn vrienden. Ik wil niet meer tobben over what if en de kok en zijn fratsen.’ Lees verder
‘Doodgemoedereerd zit hij op het bankje van de buren verderop. Alsof er niets is voorgevallen daar in die kroeg en hij zich helemaal nergens voor hoeft te schamen… Lees verder
‘Liegen en bedriegen dus. Dat is het enige wat je met zekerheid over de kok kan zeggen. En dan heb ik vast nog lang niet alles gehoord, want vanavond staat er een vervolg met zijn ex gepland… Lees verder
‘Hoeveel mensen heeft die kok dan op zijn kosten laten overnachten in die vijfsterrenhut?’ vraagt vriendin M… Lees verder
‘Ik voel me alsof ik een date heb, wat feitelijk ook zo is. Alleen hoort deze rare onrust totaal niet bij een afspraak met gewoon een vrouw… Lees verder
‘Hé! Waar zit jij?’ Hij heeft blijkbaar iets tegen me gezegd, maar ik heb het niet gehoord. Het bonnetje van de horecagroothandel heb ik weer terug in de tas gefrommeld… Lees verder
‘Hoe erg is het dan met je dochter?’ vraag ik. De kok zit nog steeds te snotteren aan mijn keukentafel en hij slaat de bellen wijn zo vliegensvlug achterover dat het lijkt alsof er geen bodem in de man zit… Lees verder
‘Ik vraag of hij er behoefte aan heeft om langs te komen zodat ik hem kan troosten en we kunnen praten, want wat moet ik nou door de telefoon zeggen op dit verhaal? Lees verder
‘We zitten aan een tafeltje bij het raam en weten alle drie niet goed wat te zeggen. Ik niet omdat ik me beschaamd voel dat ik getuige was van deze intrieste crematie zonder toespraken en zonder tranen… Lees verder
‘Waarom stapte hij er niet uit toen we nog niet gescheiden waren? Dan was ik niet de helft van mijn huis, mijn erfenis, mijn pensioen aan hem kwijtgeraakt.’ Lees verder
‘‘Hij weet precies hoe hij onder je huid moet kruipen hè?’ Ze vroeg of ze moest komen toen ik haar belde, huilend… Lees verder
‘De kastelein was met de kok meegelopen tot op de stoep. Een soort uitgeleide uit voorzorg. Met een ‘van het huis, voor de schrik’ had hij twee verse wijntjes voor ons neergezet en gezegd dat hij het wel hoorde als we ‘m nodig hadden… Lees verder
‘Je gaat op een soort Out of Africa-honeymoon en je vent doet de helft van die hele vakantie zijn bek niet open om je weet niet eens wat? Lees verder
‘Toen ik met de ex van de kok uit de kroeg werd gezet omdat alle tl-lampen aangingen en de kastelein naar huis wilde, tolde mijn hoofd van de verhalen… Lees verder
‘Wie is deze vrouw – aan het handschrift te zien komt dit anonieme briefje op mijn deurmat van een vrouw?’ Lees verder
‘Het bezoek van de kok is van een week terug. Nadat hij mijn keukentafel nogal halsoverkop had verlaten bleef het drie dagen stil. Toen ging hij – of moet ik zeggen: het? – me ongewild toch bezighouden en belde ik hem… Lees verder
‘Voor de draad ermee’, zeg ik. Want ik zie het aan hem… Lees verder
‘Ik vraag wat ik al weet. Of hij zit te janken aan de telefoon. Was ik echt zo bitchy dat ik een volwassen vent aan het huilen heb gebracht? Lees verder