Het accordeon van mijn moeder.
Al dertig jaar verhuist het accordeon van mijn moeder met me mee. En dan doorgaan met: In een versleten koffer, en ik kan er geen afstand van doen, omdat het zo’n mooi brokje verleden is. Lees verder
Al dertig jaar verhuist het accordeon van mijn moeder met me mee. En dan doorgaan met: In een versleten koffer, en ik kan er geen afstand van doen, omdat het zo’n mooi brokje verleden is. Lees verder
Jeuk. Zo lastig. Vooral ’s nachts, als ik wil slapen. Lees verder
Daar komt het stokpaardje aangehuppeld
Lees verder
Natuurlijk, Wieke stemt. Maar op wie o wie? Lees verder
‘Your bike,’ mailt ze, ‘is my baby and my freedom!’ En dat is waarom, als het in Wieke’s leven tegenzit, ze aan haar denkt. Lees verder
In mijn werkkamer heeft man een thermostaat opgehangen die weet wanneer ik binnenkom en wanneer ik vertrek. Hoe? Weet ik veel? Het overgrote deel van al dat digitale spul zal voor mij een mysterie blijven. Lees verder
1990: het kerstspel, opgevoerd door kinderen, was destijds in de houten kapel in ons Groningse dorpje altijd een hoogtepunt. Wij, de ouders, regelden de gang van zaken. Lees verder
Sodeju. Een bekeuring. Dat is me lang niet gebeurd. Voor het laatst in Zambia, waar overal roadblocks zijn. Racisme mag je het niet noemen, maar het is een feit dat men de blanken er altijd uitpikt. Als het geen racisme is, wat dan wel? Lees verder
Dus bestelt ze vier nieuwe. En moet ze opeens vier kilo afvallen… Lees verder
De kraamverzorgster bij ons derde kind was een nachtmerrie. Lees verder
Waarom ik wel naar haar luister en niet naar m’n man? Dat is simpel… Lees verder
Het kan namelijk zomaar hoor, als je met mijn man getrouwd bent, dat je bel ineens weg is. Of als je thuis komt de voordeur in de tuin ligt. Of dat hij een boom omzaagt als je niet kijkt. Lees verder
Al dertig jaar verhuist het accordeon van mijn moeder met me mee. En dan doorgaan met: In een versleten koffer, en ik kan er geen afstand van doen, omdat het zo’n mooi brokje verleden is. Lees verder
Daar komt het stokpaardje aangehuppeld
Lees verder
‘Your bike,’ mailt ze, ‘is my baby and my freedom!’ En dat is waarom, als het in Wieke’s leven tegenzit, ze aan haar denkt. Lees verder
1990: het kerstspel, opgevoerd door kinderen, was destijds in de houten kapel in ons Groningse dorpje altijd een hoogtepunt. Wij, de ouders, regelden de gang van zaken. Lees verder
Dus bestelt ze vier nieuwe. En moet ze opeens vier kilo afvallen… Lees verder
Waarom ik wel naar haar luister en niet naar m’n man? Dat is simpel… Lees verder
Jeuk. Zo lastig. Vooral ’s nachts, als ik wil slapen. Lees verder
Natuurlijk, Wieke stemt. Maar op wie o wie? Lees verder
In mijn werkkamer heeft man een thermostaat opgehangen die weet wanneer ik binnenkom en wanneer ik vertrek. Hoe? Weet ik veel? Het overgrote deel van al dat digitale spul zal voor mij een mysterie blijven. Lees verder
Sodeju. Een bekeuring. Dat is me lang niet gebeurd. Voor het laatst in Zambia, waar overal roadblocks zijn. Racisme mag je het niet noemen, maar het is een feit dat men de blanken er altijd uitpikt. Als het geen racisme is, wat dan wel? Lees verder
De kraamverzorgster bij ons derde kind was een nachtmerrie. Lees verder
Het kan namelijk zomaar hoor, als je met mijn man getrouwd bent, dat je bel ineens weg is. Of als je thuis komt de voordeur in de tuin ligt. Of dat hij een boom omzaagt als je niet kijkt. Lees verder