Nee, vriendschap gaat niet om geld. Ik weet het. Mijn beste vriendin – laten we haar Lisa noemen – is schathemelrijk. En ik overdrijf niet. Ze heeft een prachtig huis, rijdt in een luxe auto en gaat meerdere keren per jaar op vakantie naar de meest exotische plekken. En daar ben ik oprecht blij voor, want ze heeft ook haar tegenslagen in het leven gehad, hoor. Iedereen heeft wat geluk en wat pech in het leven. Maar er is één ding dat me mateloos irriteert: ze trakteert werkelijk nooit op iets. Niet één keer op een glaasje wijn. Echt nooit.
Kom op zeg. Je zwemt in het geld – van je man.
Of we nou uit eten gaan, koffie drinken, of een weekendje weg plannen, het eindigt altijd met dezelfde vraag: “Zullen we de rekening splitten?” Soms zeg ik, bijna hoopvol: “Ach, laat mij dit rondje doen.” Zodat zij dat dan ook een beetje oppakt. Niet dus. Het is altijd eerlijk verdeeld, in haar ogen. Ze telt het nog net niet tot de laatste euro uit. Het maakt niet uit hoe klein het bedrag is of hoe veel ze op dat moment overduidelijk meer te besteden heeft dan ik, ze lijkt nooit eens spontaan te denken: ‘Dit rondje is van mij en ik hoef er niets voor terug.’
Ben ik nou zo veeleisend of is dit best een normale gedachte? Ik voel me soms schuldig dat het me stoort. Lisa is geen slechte vriendin. Ze luistert altijd naar me, staat voor me klaar en is loyaal. Maar eerlijk is eerlijk: als je weet dat iemand meer dan genoeg geld heeft en altijd weer nieuwe kleding aan heeft of met een tas van duzienden euro’s rondloopt, dan kun je ook wel verwachten dat ze je als vriendin een keer iets geeft, toch?
Wat het ongemakkelijk maakt, is dat ons financiële plaatje zo anders is. Ik werk hard, maar ik moet echt opletten met mijn geld. Als we samen wat doen, voel ik vaak druk om dingen te doen die ik me eigenlijk niet kan veroorloven, simpelweg omdat zij een ander idee heeft van “normaal”. Voor haar is een etentje van honderd euro per persoon gewoon een gezellige avond, terwijl ik soms in mijn hoofd al bereken hoeveel dagen ik moet besparen om dat te compenseren.
Ik weet dat ik dit gevoel bij mezelf moet houden, maar soms vraag ik me af: ziet ze dit echt niet? Begrijpt ze niet hoe groot het contrast is tussen ons? Hoe makkelijk voor haar die honderd euro is? Dan kun je toch wel eens wat voor een ander over hebben?
Want uiteindelijk draait vriendschap niet om geld, dat weet ik echt wel. Maar het gaat ook om het gevoel dat je allebei geeft en ontvangt. En op dit moment voelt het alsof ik net een klein stukje daarvan mis. Ik doe met haar mee, maar zij denkt niet zo aan mijn situatie. En kom op, doe niet zo gierig, denk ik heel stiekem. Net of zij die paar tientjes hier en daar mist.’