‘Ik denk dat ik altijd al het gevoel had dat er een stukje van mijn moeder was waar ik niet bij kon komen. Het was heel moeilijk onder woorden te brengen en niet te duiden en ik denk ook niet dat ik het ooit bewust voelde of dacht. Het was eerder een onderliggend gevoel en achteraf kan ik zeggen dat dat er is geweest zo lang ik me kan herinneren.
Toen ik een jaar of vijfentwintig was raakte ik op een dag met mijn moeder in gesprek over het wel of niet willen hebben van kinderen. Ik had toen net mijn huidige man leren kennen en daardoor werd dat onderwerp voor het eerst van mijn leven een reële optie. Het leek me een enorme verantwoording, zei ik tegen mijn moeder en dat kon ze wel beamen. ‘Het moment dat je je kindje in je armen krijgt gedrukt, is ook het moment dat je leven nooit meer hetzelfde zal zijn,’ zei ze. ‘Nooit meer dat zorgeloze we zien wel wat de dag van morgen ons brengt. Jezelf nooit meer het belangrijkste vinden omdat je kind altijd op de eerste plaats komt.’
‘Maar kinderen kunnen je ook heel veel verdriet doen,’ zei ik. Even zag ik een diepte in mijn moeders ogen die duister en onpeilbaar was. Het was een blik die me altijd bijbleef en waar ik van schrok maar toen ik vroeg of er iets gebeurde op dat moment, ontkende ze en herpakte ze zich. ‘Nee nee,’ zei ze. ‘Maar je weet natuurlijk wel het verhaal van je tante Antoinette die een zoon verloor door een brommerongeluk. Op het moment kreeg ze levenslang. Ze heeft ermee leren leven, maar daarmee is ook alles gezegd. Dus ja inderdaad. Je kunt ook heel veel verdriet hebben van kinderen.’
Dat ze mijn tante Antoinette op dat moment als uitvlucht gebruikte werd me pas heel veel later duidelijk. Op haar sterfbed vroeg ik haar of er nog iets was wat ze wilde bespreken of benoemen. Iets wat ze niet met haar mee in het graf wilde nemen. De vraag veroorzaakte een enorme huilbui bij haar. Ze deed haar verhaal met horten en stoten en het brak mijn hart. ‘Voordat ik jou kreeg,’ zo begon ze. ‘Hoe zal ik het zeggen? Ik was al een keer zwanger geweest. Had al een keer een dochtertje gekregen. Ik was toen vijftien en de schande was enorm. Mijn ouders brachten me naar familie in het zuiden van het land toen mijn buik begon te groeien en de zwangerschap zichtbaar werd. Tegen de tijd dat ik ongeveer moest bevallen werd ik bij de nonnen gedumpt. Het inmiddels klassieke verhaal dat moeders gedwongen werden om afstand van hun baby te doen. Ik wist niet wat ik tekende, wist niet wat me overkwam. Ik was alleen maar heel erg in de war. Heel erg over mijn toeren. Ik heb de hele boel bij elkaar gegild toen ze haar meenamen. Mijn hart brak er letterlijk van. Ik heb nooit meer kunnen achterhalen wat er van het meisje geworden is. Misschien omdat ik niet hard genoeg heb gezocht. Misschien omdat de herinnering te pijnlijk was om op te rakelen. Misschien omdat de schaamte en de schande van destijds nog altijd onder mijn huid zaten. Toen ik jou kreeg voelde ik een enorm geluk omdat ik jou wel mocht houden en aan de andere kant een enorm verdriet om het verlies van destijds. Die emoties waren zo heftig dat ik daarna nooit meer nog een keer zwanger wilde raken.’
Het had mijn moeder ‘een beetje lichter gemaakt van binnen’ dat ze haar verhaal op de valreep toch nog had durven ventileren. Al was het verdriet te groot om achter te kunnen laten. ‘Het zit in mijn ziel verankerd, ben ik bang.’
Lina’s’ naam is gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.
Er is veel over te vertellen, over moeders en dochters. Daarom hebben we er een reeks van gemaakt waarin elke week andere moeders en/of dochters aan het woord komen. Allemaal met relaties waar we ons aan kunnen spiegelen, in kunnen verdiepen, over kunnen verbazen, van kunnen genieten en van kunnen leren.
Heb jij een moeder/dochter verhaal dat je wilt delen? Dat kan ook anoniem. Als je mailt naar info@franska.nl onder vermelding van ‘moeders en dochters’ nemen wij contact met je op.