En dat op mijn rustmoment

 

 

Hè lekker, dacht ik ’s avonds nog. Alle opdrachten voor deze week zijn de deur al uit, en ik heb nog geen nieuwe opdrachten voor morgen.

 

 

Ik ga morgen dus beginnen met koffie! Geen wekker, maar wakker worden wanneer ik zelf genoeg slaap heb gehad, en dan beginnen met een bak koffie voor mijn neus, terwijl mijn ogen naar buiten staren en mijn brein nog even niets hoeft te bedenken. Héérlijk! Ik keek er zo naar uit!

 

Maar helaas… Om kwart voor zeven was daar de eerste tuinman van buurman al. Buurman is namelijk heel milieuvriendelijk en wil zijn eco-tuin (natuurlijk) goed onderhouden hebben. Het wemelt er dan ook van de natuur, moet ik zeggen, en het is daardoor ook in míjn tuin een vrolijke boel met vlindertjes, bijtjes, egeltjes, kikkers, salamanders, muisjes en vogeltjes.

 

O, en vogeltjespoep! Dat ook! Er is hiernaast zoveel te schuilen en te eten dat ik ’s avonds tijdens het nuttigen van een maaltijd in de tuin regelmatig niet alleen getrakteerd word op een concert, maar ook op een lekkere flats. Als ik mazzel heb net náást mijn bord, maar soms ook… nou ja… je wil het niet weten.

 

Maar goed, dat hoort er allemaal bij! Een paradijs heb je natuurlijk nooit voor jezelf, en zo hoort het ook. Ik geniet van al het groen, en dus ook maar van buurmans bomen die zich in mijn tuin heel graag vermeerderen en de bloemen die ook altijd overwaaien naar hier. Ook al komt dat spul dus nooit op waar ik het hebben wil.

 

Maar waar ik niet van geniet, is van het onderhoud van buurmans tuin. Zeker niet op een dag waarop ik dus een vrije dag heb gepland, en hij zijn tuinmannen al vroeg laat beginnen zodat het maar klaar is voordat hij zelf aan het werk wil gaan. Want hoe eco is zo’n tuinman nou eigenlijk? Waar is de goeie ouwe tijd van de hark, de bezem, de schaar, het knieënkussentje en de rugklachten? Dat tuinieren zou toch rustgevend moeten zijn? Nou, niet met het eco-tuinteam van mijn eco-buurman!

 

Het begint met een busje met aanhanger, waar van alles uitrolt en afrijdt. Dat moet dan langs mijn slaapkamerraam en dan gaat het van start (ook altijd bij mijn slaapkamerraam): het onkruidbranden! En dat klinkt dan niet als een tuinman die op zijn knietjes onkruid zit te wieden, nééé… dat klinkt dan als een luchtballon met hoogtevrees.

 

Vervolgens komt dan de accu-voegenborstel! En dat klinkt niet als een voegenkrabbertje, nééé… dat klinkt ongeveer hetzelfde als een elektrische grastrimmer, tandenborstel en onkruidborstel die samen met hun opladers tot ontploffing worden gebracht in een tunnelbuis.

 

Daarna pakken de mannen nog even de heggenschaar! En dat is er eentje, die benadert zo ongeveer het geluid van de wasmachine van mijn oma die vroeger bij het centrifugeren altijd vrolijk door de keuken hobbelde. En dan is het nog niet klaar, want daarna wordt er ook nog even hier en daar een takje weggewerkt met een motorzaag, en die halen ze dan meteen door de hakselaar. En dat klinkt dan weer als een mitrailleur die nodig onderhouden moet worden.

 

Tenminste, dat denk ik…  Ik dank de hemel dat ik niet weet hoe een mitrailleur klinkt, en dat ik in een milieuvriendelijke buurt in Nederland woon en niet in een oorlogsgebied. Dus… nou ja… als je het zo bekijkt, dan heb ik niet zoveel te klagen.

 

Maar ik weet wel hoe de bladblazer klinkt die daarna dan nog even alles aan kant blaast (hup, zó onder de heg door, mijn tuin in). En dat klinkt echt niet als een zachtjes neuriënde tuinman met een bezem, maar meer als een startend vliegtuig!

 

‘Gá nouuuu’, denk ik de hele tijd.

 

Dus hoe milieuvriendelijk is dat eco-gedoe nou eigenlijk? Nou, qua geluid dus nul komma nul!

 

En dat dan allemaal op mijn rustmomentje. Jammer hoor.

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke