Een pop moet een beetje op de poppenmoeder lijken
Hilda, mijn ex-buurvrouw uit Zambia, stuurt een foto van haar jongste dochtertje Amanda, die een blanke, gammel ogende, pop met één been in bad stopt. Amanda noemt haar ‘mijn witte adoptiekind’.
Maar zo raar, bruine poppen met kroeshaar zijn in heel Afrika bijna niet te vinden. Ik zeg ‘bijna’, omdat er vast iemand meeleest die er wél eentje aldaar op de kop heeft kunnen tikken en dan houden we ons aanbevolen!
Maar omdat ik het stom vind dat ze sporadisch te krijgen zijn, speur ik op het internet naar bruine poppen. Ik vind ze! Op een leuke website, waar poppen met een Aziatisch, Indiaans, of Afrikaans uiterlijk worden aangeboden. Ik bestel er twee. Eentje voor Amanda en eentje voor de drie schattige kleutermeisjes bij Benson thuis, die ik hopelijk volgende week ga zien. Ik kan geen koffer vol poppen meenemen, anders kregen ze er alle drie eentje, maar Tabitha, Rachel en Veronica zijn eraan gewend om te delen, dus die pop krijgt drie moeders. Veronica, een van de drie schatjes, heeft een afgekloven beer en dat is haar kind. Het lijkt me leuk voor die beer dat hij een zusje krijgt. En ik gun de meisjes een kind dat op ze lijkt.
De poppen worden prompt geleverd, met jurkjes, en ik krijg zelfs een aardig mailtje van de vrouw die de webshop beheert, dat ze het zo leuk vindt dat de poppen mee naar Zambia gaan. Dat is nog eens service. Ik geef het adres door: HOMELANDDOLLS.nl, multiculturele poppen. En nee, ik word niet betaald voor het melden hiervan! Voor het geval iemand dat mocht denken.
Gedurende het afgelopen jaar heb ik gehoord hoe het met iedereen in en rondom Katete gaat. Via Hilda en Lemmy, en nog meer appende Katetenaren. Benson gaf cadeautjes en brieven voor me mee aan Nederlanders die hij op bezoek kreeg en die weer naar huis gingen. Zo weet ik dat de drie kleuters nog steeds naar me vragen en dat auntie Mary, die halfzijdig verlamd is en niet meer kan praten, naar de hemel wijst als het over mij gaat. Het ‘uit het oog uit het hart-gevoel’ is niet aan de orde, als je vrienden wordt met Zambianen.
Ik kan me nu al verheugen op de snoetjes. En wordt de koffer te zwaar, dan bind ik die kindertjes toch gewoon op mijn rug? Mee zullen ze!
Door: Wieke Biesheuvel
Wieke Biesheuvel werkte en woonde zes jaar in Zambia, is nu voorgoed terug en probeert het Nederlandse leven weer onder de knie te krijgen. Waarbij ze beurtelings verbaasd, boos, dolgelukkig, verward of blij is.