Een relaxed avondje uit

“Ik wil mijn hoge roze jurk met glitters aan naar het feestje.” (Emma, 4 jaar)

 

Er komt een tijd dat je als ouders geen oppas meer nodig hebt voor je kinderen, maar een chauffeur. En dan het liefst een privéchauffeur. Bijvoorbeeld als je als vader en moeder bedacht had dat je een avondje uit wil met z’n tweeën – iets wat je niet zo gek vaak doet, maar waar je wel heel, heel erg aan toe bent – en je twee tienerdochters allebei moeten werken. In verschillende plaatsen en op verschillende tijden, maar uiteraard wel allemaal overlappend met de duur van onze geplande date. Een date die bestaat uit een etentje bij ons favoriete Italiaanse restaurant in Dordrecht gevolgd door een bezoekje aan de bioscoop, waar we een film willen zien die om kwart over zeven begint. Dat betekent dat we redelijk op tijd in het restaurant moeten zijn, want haast en stress zijn uit den boze tijdens zo’n zeldzaam avondje uit.

 

We komen er al snel achter dat dit uitje qua gezinslogistiek nog de nodige aandacht en actie vereist. Emma heeft een bijbaantje bij een leuke koffiebar in een dorp iets verderop en ze moet vandaag werken van vier uur ’s middags tot acht uur ’s avonds. En wij zijn er dus niet om haar te brengen en te halen. Nou ja, dan zal ze moeten fietsen. Dat stuit vanzelfsprekend op nogal wat weerstand bij onze jongste telg: “Waarom wonen wij hier ook in zo’n stom, afgelegen dorp waar niks is!?” Maar goed, het is even niet anders. Probleem één opgelost. Ook oudste dochter Isabel is vanavond op het allerlaatste moment ingedeeld in de bediening bij het restaurant waar ze werkt in de weekenden. Deze avond staat ze van zeven tot elf uur ingeroosterd. Hm, dit wordt al ietsje lastiger. Om elf uur is het donker en dan mag ze van ons niet alleen naar huis fietsen over de lange, spaarzaam verlichte dijk. Even denken. Als ze de heenweg fietst (om zeven uur is het nog licht), dan kunnen wij haar waarschijnlijk wel halen met de auto. Om elf uur zijn we vast al terug van de film en haar fiets halen we gewoon de volgende dag op. Zoals ik al zei, een privéchauffeur zou de uitkomst zijn, maar dat is een beetje te duur en op deze manier is het ook geregeld.

 

We stappen in de auto om op weg naar Dordrecht te gaan. Ik heb een gezonde eetlust en kan eigenlijk op ieder moment van de dag wel eten, dus ik vind het geen enkel probleem dat we al zo vroeg bij het restaurant hebben gereserveerd. Kom maar op met die huisgemaakte focaccia! We zitten nog geen vijf minuten in de auto, of ik bedenk tot mijn schrik dat Emma geen huissleutels bij zich heeft. Althans dat vermoed ik. Ze is tenslotte mopperend en sputterend van huis vertrokken omdat ze geen zin had om te fietsen en omdat ze afgescheept was met een pizzaburger, terwijl wij lekker uit eten gingen. Heel oneerlijk. Grote kans dus dat ze in haar boosheid haar sleutelbos is vergeten. En als ze straks uit haar werk komt, is er niemand thuis en zit de deur als het goed is op slot. Even heen en weer appen met Emma bevestigt mijn vermoeden: ze heeft inderdaad geen sleutels bij zich. Ik laat haar weten dat ze op de terugweg van haar werk eerst even bij het restaurant waar haar zus werkt langs moet gaan om de huissleutels op te pikken. Morrend stemt ze daarin toe, want daarvoor moet ze wel een flink stuk omfietsen.

 

Best al wat gedoe en geregel, maar de Italiaanse gerechten – pasta met zalm voor mij en ossenhaas voor mijn man – zijn er niet minder smakelijk om. We zitten heerlijk te eten en te kletsen in het restaurant en dan is het tijd om ons richting de bioscoop te begeven. In de parkeergarage krijg ik een appje van Isabel: het blijkt dat ze toch niet hoeft te werken. Oh, oké, goed om te weten. Snel even appen met Emma om haar uit te leggen dat ze wel meteen naar huis kan komen. Zonder omweg. Daar zal haar humeur zeker van opknappen. Op dit berichtje van mijn kant wordt echter niet gereageerd. Zal je altijd zien. Standaard zitten die mobieltjes zo ongeveer in hun handpalm vastgeplakt, maar als de communicatienood hoog is, geven ze geen gehoor. Grrr… Ondertussen zijn we bij de bioscoop aangekomen.

 

 

 

Ergens halverwege de film zie ik dat Emma eindelijk gereageerd heeft op mijn hernieuwde instructies. “Aan wie moet ik laten weten dat ik jouw berichtje gezien heb?” En tien minuten later: “Oohw, je bedoelt gwn reageren [schaterlachende smiley]”. Dusss… Ook deze logistieke plooi heb ik weer vakkundig glad weten te strijken.

 

Als de film is afgelopen, zie ik op mijn telefoon dat ik een gemiste oproep van Isabel heb. En omdat ik niet opnam, heeft ze voor alle zekerheid ook maar een appje gestuurd. Het gaat over onze hond: “Luister even naar dit fragment, Sam maakt echt een heel raar geluid, je moet ff doorschuiven naar achttien seconden, want daar begint het.” Het is een beknopt, zakelijk bericht en het klinkt alsof Isabel zich zorgen maakt. Dat is in ieder geval hoe ik het interpreteer.

 

Shit, nou dit weer, denk ik. Zou de dierenarts zo laat nog wel open zijn? De episode met de gebroken poot van onze trouwe viervoeter lig nog vers in mijn geheugen. Nieuwe ziekte- en revalidatiebeelden schieten door mijn hoofd. (Behalve veel en vaak eten ben ik ook erg goed in overmatig denken…) Laten we in ieder geval maar rap naar huis gaan. Geheel conform de wet van Murphy zitten we in de allerbovenste bioscoopzaal, dus eerst hebben we nog heel wat trappen af te dalen. Terwijl we dat doen, daarbij proberend andere bioscoopgangers zowel links als rechts in te halen, bel ik Isabel. “Wat is er aan de hand met Sam?” vraag ik haar ongerust. “Oh, nou, hahaha, hij maakte echt zo’n kapot grappig geluidje. Ik ging echt helemaal stuk! Hebben jullie het gehoord?” Juist. Helemaal verkeerd begrepen dus, dat appje. Kunnen we stoppen met onszelf van de bioscooptrappen naar beneden te storten met gevaar voor eigen leven. En hoeven we ook niet naar huis te racen.

 

Eenmaal thuis aangekomen, zien we Isabel naar ons toe komen lopen in de keuken. “Tja, ik wist niet of de vaatwasser nou vies of schoon was, dat kon ik niet goed zien,” meldt ze ons. “Heb ‘m maar leeggehaald en alles voor je op het aanrecht gezet.” Dat zie ik, want er is geen lege vierkante centimeter op het aanrechtblad meer te vinden. Wat ik ook kan zien aan de tegeltjes op de achterwand, is dat Isabel kennelijk iets met spinazie à la crème heeft gegeten. En de vaat die in de vaatwasser stond, was dus vies. Alles wat nu op het aanrecht staat, moet er weer in gezet worden. De groene spinazieresten hebben zich met nagenoeg militaire precisie geconcentreerd in de voegen van het tegelwerk, waar ze nogal lastig uit te bikken zijn.

 

Het eten was verrukkelijk; de film was superspannend. Dat moet gezegd worden. Maar om nou te beweren dat het een relaxed avondje uit was…? Misschien toch maar sparen voor die privéchauffeur. Of met andere woorden, ik kan niet wachten tot Isabel haar eerste, eigen autootje heeft!

 

 

“Pubers in huis, je zou er een boek over kunnen schrijven. Moeder Esther Leijten-Kupers heeft dat gedaan. Zij schreef ‘Je krijgt er zo veel voor terug’, een verhalenbundel over haar eigen ervaringen met het opvoeden van pubers – of in ieder geval pogingen daartoe. Een boek met openhartige, komische en ontroerende verhalen over zowel het geploeter als het plezier van het dagelijkse gezinsleven. Geen adviesboek over opvoeden, maar gewoon een hart onder de riem voor ouders die het soms ook even niet meer weten. Ouders van kinderen in de tienerleeftijd vinden er ongetwijfeld herkenning in! Het boek is te bestellen via www.boekscout.nl en bol.com