Insalata di Fave

Italianen en hun tuinbonen…

 

Italianen en eten… Zelfs de nieuwe tuinbonenoogst wordt door hen uitbundig en op z’n Italiaans gevierd en dat gaat zo: de eerste fijne bonen worden in hun leut midden op tafel gelegd, ter plekke gedopt en dan, al dan niet vergezeld van stukjes pecorino, onder veel aahs en oohs rauw, als snack, gegeten. Beetje moeilijk kijken, hand iets opgestoken, duim tegen middelvinger gedrukt. Want van een beetje drama zijn ze nu eenmaal niet vies daar in Italië.

 

Deze Insalata di Fave, oftewel salade van tuinbonen, at ik ooit bij een vriendin die jarenlang in Rome woonde (ik was al die jaren stik-jaloers op haar, maar dat terzijde). Zij had het recept uit een kookboek dat haar moeder bij haar vertrek naar Italië in haar koffer had gestopt. Van koken had die vriendin toen nog geen kaas gegeten namelijk, hetgeen haar moeder toch wel een beetje zorgelijk had gevonden.

 

 

DIT HEB JE NODIG

  • 1 tot 1,5 kg tuinbonen in de dop (je moet een pond gedopte bonen overhouden, dus vraag je groenteboer naar de exacte hoeveelheid)
  • 3 el olijfolie van de best mogelijke kwaliteit
  • 1 el versgeperst, gezeefd citroensap
  • 1 tl gedroogde oregano
  • 3 el bladpeterselie, fijn gesneden of geknipt
  • ½ tl gedroogde peper, fijn gestampt (proef vooral even hoe pittig je wilt gaan als je de salade aan het husselen bent!)
  • 250 gr pecorino, in blokjes ter grootte van de bonen
  • Zeezout en zwarte peper uit de molen naar smaak

 

EN ZO MAAK JE HET

  • Dop de bonen en proef er een (lees hieronder over doppen, dubbel doppen, blancheren).
  • Hussel de bonen met alle overige ingrediënten door elkaar en serveer meteen.

 

Jong, Oud, doppen, dubbel doppen

Jonge tuinbonen zijn klein en fijn, zalig zacht en niet bitter. Oudere tuinbonen kunnen wel wat bitter worden en zijn rauw minder lekker. In dat geval is dubbel doppen de oplossing. Dat wil zeggen dat je het buitenste vlies van de gedopte boon peutert en alleen het frisgroene binnenste boontje overhoudt. Het is absoluut monnikenwerk maar de moeite dubbel en dwars waard want een ware delicatesse! Door de gedopte bonen (met het buitenste vlies er nog om dus) 30 tellen te blancheren in kokend water met zout, gaat het dubbel doppen overigens ietsje makkelijker. Ik kocht een keer Spaanse tuinbonen bij de groenteboer (die zijn er iets eerder dan de Hollandse die in juni en juli vers verkrijgbaar zijn) en die zagen er, dacht ik, best groot uit. ‘Dubbel doppen?’, vroeg ik. ‘Ben je besodemietert! Dat is kindermoord.’ Niet altijd nodig dus, dat dubbel doppen! Gewoon eerst proeven.

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.