Toch een beetje Indisch

 

 

Al jaren krijg ik het programma van de Tong Tong Fair in de bus. Elke keer denk ik: En nú ga ik!! Mmmm, martabak (Indonesische omelet-achtige snack). Echte saté kambing, sfeer, geur, muziek. Eén en al nostalgie. Maar druk–druk-drukkerdedruk. Al jaaaren. Enige wat zou kunnen werken is een afspraak maken om samen met iemand te gaan. Dan móét ik wel. Eens even vragen wie er wil. Zo te zien heeft Monique er wel trek in?  Lees het hier maar. Adoeh, Monique, ik hoor het wel hè?!

 

Paplepel-dingetje

 

Hoezo nostalgie? Ik ben namelijk opgegroeid met Indië. Zo heette het toen nog. M’n moeder had er als jonge vrouw gewerkt. Niet heel erg lang, want ze kreeg al snel een ernstige ziekte (tyfus), waardoor ze zelfs in coma heeft gelegen. Heeft haar er niet van weerhouden om ons minstens twee keer per week Indisch te laten eten. Op woensdag maakte ze standaard nasi goreng en op dinsdag rijst met sambal ati. Ati is lever. Dat was namelijk in de aanbieding op dinsdag bij onze slager. Dussss. Daarbij dan sajoer boontjes. En vaak kwam daar later in de week nog een dagje Indisch bij. Zo’n beetje iedereen die we kenden had bij ons al een keer nasi goreng gegeten.

 

Lekkerrr! (wel uitspreken met  een Indische tongval s.v.p.)

 

Met kerst of verjaardagen was het vaak rijsttafel. Feest! Was m’n moeder dagen aan het kokkerellen. Neven en nichten kwamen ervan meegenieten. Buren ook. Mijn lievelingsgerecht was sajoer menir, een sajoer van spinazie. Nauwelijks iemand met een beetje echt Indisch bloed weet wat het is, maar voor mij was het een van de bekendste Indische gerechten. Oh ja, taugé kweekten we van tevoren zelf op natte watten van Katjang Idjoe-boontjes.

 

 

Mijn moeder zat vaak buiten op een klein roostertje vuurtje te stoken voor de saté. Zat ze uren te kipassen met een stuk karton (kipassen is wapperen). Sowieso was ons huis doordrenkt met Indische snuisterijen. Houten beeldjes, Indische batik-stoffen en wajangpoppen aan de muur. Krontjong-bladmuziek op de piano. Van Nina Bobo tot Terang Bulan. In ons kruidenrekje in de keuken stonden laos, koenjit, ketoembar, djinten en kemirienootjes gezellig naast kaneel en kruidnagels.

 

En natuurlijk hadden wij onze Indische vriendinnetjes. Met Maureen en Debbie speelden we en knutselden we mooie dingen, die we in elkaar plakten met lontong (kleefrijst) die hun moeder daar speciaal voor gekookt had. En er was bij hen altijd iets lekkers te snoepen. Emping, knoflookpinda’s of gebakken tempeh. Heerlijk!

 

Pure nostalgie

 

Alleen al daarom wil ik nu echt–echt-echt naar de Pasar Malam Besar in Den Haag. Back to the roots! Oh nee. Tong Tong Fair. Pardon. Zit er nog ingebakken van vroeger. Toch nog eens uitzoeken waarom die naam ook alweer veranderd is. 

 

 

Wil je ook martabak en ander heerlijks proeven? Leuke muziek horen? Je onderdompelen in die heerlijke sfeer? Gewoon gaan! 25 mei tot 5 juni op het Malieveld in Den Haag.  Tong Tong Fair

 

 

Door Franska

Fotografie portret: Esmée Franken. Visagie: Charlotte van Gulik, Haar: Isabella Greuter