Hij bakte er niks van

‘Hij was bakker,’ zei ze toen ze leegliep over hem, ‘maar hij deed alles halfbakken, behalve dus zijn werk.’

 

Ik zat met mijn vriendin op een terras en wéér bespraken we een Tindermislukking van haar. 

 

‘Waarom begin je er dan ook steeds weer aan?’ vroeg ik haar. ‘Zoek een leuke vent in de kroeg, of zo.’ 

 

Tsja… ik begin dat gedoe wel een beetje zat te worden, maar moet toch ook altijd vreselijk om haar lachen als het weer uitraakt met zo’n Tindervlam. Ze kan hem altijd zo leuk omschrijven daarna.

 

‘Hoe was hij in bed?’ vroeg ik dus maar. Want ik wist dat ook dat weer besproken zou gaan worden.

 

‘Hij bakte er niks van met zijn minipistoletje’, antwoordde ze. En ze lag zelf in een deuk toen ze het zei. ‘Hij had het altijd reuze lollig over mijn lekkere kadetjes,’ verduidelijkte ze toen we nog een wijntje bestelden, ‘maar hij vond ze, denk ik, toch minder smakelijk dan zijn eigen bollen. Hahaha. Hij was sowieso vaker met zichzelf bezig dan met mij. Een echt “warme” bakker was het dus niet. Wil je nog meer weten?’ vroeg ze daarna nog met een ietwat dubbele tong. 

 

Neuh… ik vond het wel genoeg zo. Ze weet door dat Tinder eigenlijk nooit goed wat voor vlees ze in de kuip heeft, voor ze eraan begint. Zelfs bij de slager die ze eerst had, wist ze dat dus niet. En ze smeert hem altijd net effe te laat. Zeker bij die automonteur had ze hem véél eerder moeten smeren. 

 

Nou… zo zitten wij dan altijd aan de wijn als het weer eens niet gelukt is. Dus je snapt dat ik dat best wel grappig vind.

 

‘Maar hoe moet ik nu verder?’ vroeg ze na drie glazen. En ik zei dat ik die donkere jongen op links wel leuk vond. Zou dat niks voor haar zijn?, grapte ik wanhopig, omdat ik toch wel wil dat ze een keer gelukkig wordt in de liefde. ‘Gewoon naast je op een terras, in plaats van op dat stomme Tinder.’

 

‘Nee, die zit aan de korenwijn,’ sprak ze kritisch, ‘dat hoorde ik hem net bestellen.’

 

‘Ja, en?’ vroeg ik verbaasd. ‘Wat is daar mis mee?’

 

‘Nou, eigenlijk niks!’ sprak ze ineens kordaat. ‘Ik denk dat ik met hem dus maar even een selfie moet gaan maken!’ 

 

‘Huh? Hoezo?’ wilde ik weten.

 

‘Nou, die stuur ik dan naar mijn warme bakker,’ sprak ze vol van zichzelf (en de wijn), ‘en dan zet ik eronder: Kijk! Van een “halfje” wit, naar een donker vol koren. Hahahahahaha.’

 

En ik begrijp maar niet dat de mannen niet voor haar in de rij staan. Ze is zó grappig die vriendin van mij. Hoewel ze ze soms best wel bruin bakt, hoor.

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke