‘Dat dit je reinste koopverslaving is, wil hij absoluut niet horen.’

 

 

‘Achteraf gezien begon de ellende op het moment dat we buiten het dorp gingen wonen. Het leek mijn man, die zich tot dan toe nog nooit een moment bezig had gehouden met boodschappen of inkopen, handig om de boodschappen te laten bezorgen nu we zo buitenaf woonden. Een keer in de week een flinke voorraad van van alles en nog wat, was het idee. Zodat er altijd iets in huis zou zijn voor een aantal dagen of als er spontaan iemand langskwam. Goed idee, dacht ik nog. En dat hij daar überhaupt over nagedacht had ontroerde me. Handig, vond mijn man die er elke week als de kippen bij was om de bestellingen na te lopen en uit te pakken. Zo handig dat hij de wijn voortaan ook maar thuis liet komen. Wat hem al snel op het idee bracht om lid te worden van een onlinewijnclub waar steeds speciale partijen worden aangeboden. So far so good, wat mij betreft, want een goed glas is ook aan mij heus wel besteed.

 

Ook toen hij zei dat hij zich had ingeschreven bij ‘Koopjedeal’, voelde ik nog geen nattigheid. Totdat er steeds meer bestellingen werden geleverd en ik dingen tegenkwam waar ik het bestaan niet eens van wist. Een of andere deken die heel erg zwaar is waardoor je veel beter zou gaan slapen – in werkelijkheid was dat geval zo loodzwaar dat ik er niet eens goed adem onder kon halen. Een mobiele airconditioning die we totaal niet nodig hadden en die overigens ook totaal niet functionneert. Een tijdschakelaar voor de lampen. En toen, omdat dat zo handig was, ook voor de handdoekenradiator die hij ook net had gekocht en die we met zo’n timer nooit zouden vergeten uit te zetten.

 

Als ik zeg dat de koeriers- en postdiensten hier af en aan rijden overdrijf ik absoluut niet. En als ik zeg dat we hier omkomen in de onnodige rotzooi evenmin. Als het nou nog zo was dat het geld niet op zou kunnen bij ons, dan was dat misschien allemaal nog tot daaraantoe. Alleen is dat niet het geval. We hebben een pensioen waar we best van kunnen rondkomen, waar we ook nu en dan iets leuks van kunnen kopen of van op vakantie kunnen, maar waar we ons deze rare fratsen duidelijk niet van kunnen permitteren.

 

Toen ik laatst ons banksaldo checkte – iets wat ik eigenlijk zelden doe omdat financiën in ons huwelijk nu eenmaal zijn ding zijn geworden – schrok ik me wezenloos. Een groot deel van onze reserves is erdoorheen gejaagd. Opgegaan aan nodeloze nonsens die hij koopt omdat hij harstikke koopverslaafd is. Maar daar wil hij niets van horen. Volgens hem ben ik niet goed bij mijn hoofd om zoiets te suggereren. Intussen breek ik mijn hoofd over hoe ik dit kan stoppen. Want als hij niet heel snel ophoudt met geld stuksmijten zie ik onze toekomst somber in.’  

 

Merels naam is vanwege privacy gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.

 

Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.