‘Ik moest deze pijnlijke keuze maken’

 

Als Benthe haar auto parkeert ziet ze haar moeder aan de overkant van de straat lopen. Ze schrikt want ze hebben al een paar jaar geen contact meer met elkaar…

 

‘Mijn dochter en ik zitten samen in de auto, we zingen hard mee met een liedje op de radio. Terwijl ik voor de supermarkt inparkeer zie ik in mijn achteruitkijkspiegel het vertrouwde gezicht van mijn moeder. Ik schrik er enorm van want we hebben elkaar al een paar jaar niet meer gesproken.

 

Doodstil blijf ik zitten en zie ik haar de straat oversteken. Gelukkig loopt ze de andere kant op en heeft ze mij niet in de gaten. Verbaasd kijkt mijn dochter me aan en vraagt wat er met me aan de hand is. ‘Niks’, zeg ik glimlachend en doe het portier van de auto open om boodschappen te gaan doen.

 

Wat is ze oud geworden, denk ik als ik een karretje pak. Het is alweer drie jaar geleden dat ik besloot om mijn eigen weg te gaan. Eindelijk mijn eigen weg te gaan, want daar ging een pijnlijk en lang proces aan vooraf.

 

Mijn moeder is nooit echt lief voor me geweest. Ze was altijd erg streng en afstandelijk, had altijd overal commentaar op en ik kreeg nooit eens een compliment, hoe graag ik dat ook wilde. In haar ogen was het normaal dat ik mijn best deed. Dat deed zij toch ook?

 

Waar mijn vriendinnetjes gewoon jij en jou tegen hun moeder zeiden, moest ik haar blijven aanspreken met ‘u’. We zijn nooit op een vertrouwelijke manier met elkaar omgegaan. Ze zorgde voor me, dat wel. Maar niet op de manier waar ik als kind behoefte aan had. Gelukkig had ik wel een liefdevolle relatie met mijn vader en dat maakte een hoop goed. Helaas is hij overleden toen ik studeerde, dus mijn kinderen heeft hij nooit gekend.

 

Want ook die konden het nooit goed doen in haar ogen. Mijn dochter van twaalf en mijn zoon van tien voed ik heel anders op. Ik wil graag dat ze zich veilig en vertrouwd bij me voelen. Dat ze alles tegen me kunnen zeggen. Maar ook daar had mijn moeder wel een mening over. Ze ergerde zich dan ook groen en geel aan de in haar ogen veel te makkelijke manier waarop ik met mijn kinderen omging.

 

Als ze hun bord niet leeg wilden eten, dan vond ik dat geen probleem. Ik wilde ze niet dwingen. Omdat ze niet zoveel slaap nodig hadden hoefden ze van mij niet vroeg naar bed of reed ik een uurtje met de auto rond tot ze wel in slaap vielen. Mijn moeder vond dat werkelijk bespottelijk. Maar in plaats van mijn opvoedingsregels te respecteren had ze er steevast weer kritiek op. Er met haar over praten was onmogelijk, net als vroeger.

 

Jarenlang was ik nerveus als ik met mijn kinderen bij mijn moeder op bezoek ging, alsof ik ze moest managen. Want ik was als de dood dat ze iets deden waar mijn moeder afkeurend op zou reageren. Drie jaar gelden besloot ik na het zoveelste incident dat het genoeg was geweest en heb ik de knoop doorgehakt en mijn moeder in een brief uitgelegd waarom ik tot de beslissing kwam om haar niet meer te willen zien.

 

Omdat ik blijkbaar op zoek was naar iets dat ik bij haar niet kon vinden en mezelf en mijn kinderen wilde beschermen tegen haar eindeloze commentaar dat me zoveel pijn deed. Ondanks het grote schuldgevoel was het een bevrijding om van haar los te komen. Deze pijnlijke keuze moest ik maken zodat ik eindelijk kan zijn wie ik werkelijk ben. Zonder de angst om steeds afgewezen te worden.’