Het was maar een kale boel daar in Den Haag

 

Deze derde dinsdag in september gaat de boeken in als een heel bijzondere. Niets is meer hetzelfde in 2020. Ook Prinsjesdag was door corona een stuk soberder dan voorgaande jaren.

 

9 x wat er allemaal anders was dan anders:

 

1.     Voor het eerst sinds 1911 vond de Troonrede niet plaats in de Ridderzaal maar is men uitgeweken naar de Grote Kerk in Den Haag

 

2.     Op deze bijzondere dag zit de Ridderzaal normaal gesproken vol met ministers en staatsecretarissen met hun ‘plus one’ en nog een heleboel andere hotemetoten. Jaarlijks zijn dat bijna duizend genodigden. Dit jaar was er in de Grote Kerk maar plaats voor 270 stoeltjes omdat iedereen op anderhalve meter afstand van elkaar moest zitten.

 

3.     Willem Alexander en Máxima kwamen met de auto. De Gouden Koets wordt gerestaureerd en het is nog maar de vraag of hij opnieuw door het koninklijk paar gebruikt zal worden.

 

4.     Voor de kerk stonden maar 50 militairen in ceremonieel tenue. Normaal gesproken zijn het er wel 2500.

 

5.     Geen nieuwe japon voor Máxima, deze donkergele jurk van Claes Iversen droeg ze al eens eerder in 2018.

 

 

6.     Op Prinsjesdag dragen veel dames een opvallende hoed, maar dit jaar ging alle aandacht naar de mondkapjes. Zoals deze van Eerste Kamerlid Petra Stienen.

 

 

 
 
 
 
 
Dit bericht bekijken op Instagram
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

 

Een bericht gedeeld door PetraStienen (@petra_stienen) op

 

 

7.     De meeste Kamerleden gingen met de bus van het Binnenhof naar de Grote Kerk. En in het openbaar vervoer moeten ook zij, net als wij, een mondkapje op. 

 

8.     Het ‘Leve de koning!’ aan het einde van de troonrede werd niet gevolgd door een massaal driewerf hoera. Dat mocht alleen de voorzitter van de Eerste Kamer hardop uitspreken.

 

9.     Om ervoor te zorgen dat de echte fans niet stiekem toch in groten getale zouden komen kijken was de feestelijke rijtoer door de stad afgeblazen en was er geen balkonscène.

 

Gelukkig was de koninklijke baard er nog en hoeven we niet te bezuinigen. Maar voor de rest vond ik het maar een kale boel daar in Den Haag.