Effe een blokkie om 

 

Ik dacht eerst nog dat het over de man moest gaan van die bokser die afgelopen week was aangehouden. Maar dat kon natuurlijk niet.

 

 

Bokser Viviane Obenauf was aangehouden omdat ze verdacht werd van het doodslaan van haar echtgenoot. Dus de arme man die met háár getrouwd was, die kon helemaal niet meer aan de wandel gaan zoals deze meneer had gedaan.

 

Al kan ik me voorstellen dat je niet meer naar huis durft als je zo’n vrouw als Viviane hebt, natuurlijk. Als zij roept: ‘Ga jij maar effe lekker een blokkie om’, dan gá je ook even een blokje om. Dus misschien had deze meneer ook wel zo’n vrouw. Kan toch? Misschien had zijn echtgenote ook wel geroepen dat hij maar even een frisse neus moest gaan halen. En misschien was zij wel net zo’n typje als die boksende dame. Je weet het niet, hè.

 

En ja… wanneer kun je dan weer thuiskomen? Wanneer is dan het moment aangebroken dat je omkeert en weer terug naar huis gaat? Je weet het niet hè, met sommige partners.

 

Toch is het voor die Viviane wel een beetje jammer dat misschien nog nooit iemand van haar als bokser had gehoord, maar dat ze nu wel in het nieuws komt omdat ze waarschijnlijk haar echtgenoot heeft doodgemept. Dat had effe anders gemoeten, denk ik.

 

En dan kun je dus toch maar beter de echtgenoot zijn van die ándere vrouw. 

 

Geen idee wat er voorafging aan hun ruzie, maar dat hij nu met Forrest Gump wordt vergeleken zegt wel genoeg, denk ik. Hij heeft het niet aangedurfd om na een klein blokje om weer huiswaarts te keren, maar werd 450 kilometer verderop aangehouden omdat hij de lockdownregels overtrad. 

 

Grote kans dat hij dus wéér een pot met herrie tegemoet kan zien, want hij heeft daarvoor een boete gekregen. En die boetes voor het negeren van de avondklok zijn niet mals.

 

Maar ja… als je eenmaal lekker loopt – en je gaat dan je eigen makkes, of die van je vrouw, overdenken – dan loop je natuurlijk makkelijk zo’n zestig kilometer per dag. Ik snap dat wel.

 

En als je dan ook nog onderweg van iedereen te eten krijgt, dan hou je het best een tijdje vol. Voor je het weet ben je na een weekje wandelen dan toch al gauw zo’n kilometertje of 450 van huis.

 

En als je je dán pas realiseert dat je voor de avondklok binnen moet zijn, maar dat je nog zo’n dikke 400 kilometer te gaan hebt, dan loop je dus maar door. Want welke kant je ook opgaat, je bent nooit meer op tijd binnen, zeg maar.

 

Maar toch… Als je vrouw je dan 450 kilometer verderop weer komt ophalen bij het politiebureau, dan zou ik toch een beetje bang zijn voor de terugrit, denk ik. Je bent natuurlijk niet voor niets zo lang blijven doorlopen.

 

En ik zou het dus toch weer benauwd krijgen als zij dan zou roepen: ‘Fijn dat je nog leeft schat. Boks!’

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke