Als je haar maar goed zit

Ook ik droeg tijdens de chemo’s een coolcap om haaruitval tegen te gaan.

 

 

 

 

En er is nog niet zoveel over bekend, maar er schijnen toch steeds meer vrouwen te zijn die achteraf wat klachten krijgen.

 

Het is ook wel logisch, want je krijg een helm op voordat het chemo-infuus gaat lopen en na een half uur wachten mag pas de kraan open. In dat half uur heeft de helm je hoofdhuid bevroren, waardoor de chemo die hoofdlaag niet kan bereiken en daardoor gaan je haarzakjes niet kapot. 

 

Bij maar 33 procent van de vrouwen die hiervoor kiest lukt het ook daadwerkelijk, en bij een aantal lukt het helemaal níet, maar bij het grootste gedeelte van de gebruikers blijft een aanzienlijk deel van het haar gespaard. Ik had dus wel last van uitval, maar niet met bossen tegelijk. Mijn haar is een stuk dunner, maar als je dat niet weet zie je het niet. 

 

Op twee plekken na had ik tijdens het hele chemotraject dus nog een goede kop met haar, en was ik blij dat ik het geprobeerd had en volhield. Het elke week bevriezen van je hoofd is namelijk geen feest, dus is het wel zo leuk dat zoiets dan ook nut heeft.  

 

Toch heb ik, nu ik helemaal klaar ben, steeds meer last van haarpijn. Mijn haar kan de hele dag voelen alsof ik drie weken lang een veel te strakke staart in heb gehad, en mijn hoofd aanraken doet echt zeer. Ik heb een heleboel (heel rare) extra kruinen, maar kammen of borstelen doet pijn en werkt totaal niet. Mijn nieuwe haren blijven de kant op springen die ze zelf heel leuk vinden, en ze hebben maling aan mijn wensen. Alsof ze denken zoals ik dat nu eigenlijk ook doe: we hebben zoveel meegemaakt dat we nu absoluut geen dingen meer gaan doen die we niet fijn vinden. Ik snap ze dus ook nog wel. 

 

Maar wat ik wel vervelend vind, is dat ik er niets aan kan doen om het beter te maken. Ja, ik draag mijn haar nu toch maar kort. Hoe minder eraan getrokken wordt, hoe comfortabeler het voelt. Maar verder helpt helemaal niets. Zelfs niets doen brengt eigenlijk geen verlichting.

 

Ik weet nog dat ik ooit een hersenschudding had en dat ik toen mijn hoofd rust moest geven. Ik mocht niet autorijden, niet schudden en niet op schermen kijken. Maar verder mocht ik gewoon bewegen. Nou weet ik nog dat ik me toen na een half uur al stierlijk verveelde. Want: een boek bestellen? Via een scherm! Het boek betalen? Via een scherm! Dus voordat je lekker rustig zit te lezen heb je dan alweer twee keer de regels overtreden. 

 

O, en weet je wat ook erg was? De elektrische tandenborstel! Daar heb je normaal weinig erg in, maar gut wat rommelt en schudt alles in je hoofd als je je tanden daarmee poetst. 

 

En toch… ook dat kun je dan eventjes laten om je hersenpijn te laten verdwijnen. Maar aan haarpijn is blijkbaar weinig te doen. Ik draag het los, houd het kort, blijf eraf, maar toch doet het altijd zeer. 

 

En heb ik nu spijt? 

 

Nee! 

 

Want in mijn fitnessgroep voor kankerpatiënten zitten dames die wel kaal werden en nu weer haar beginnen te krijgen. En ook zij hebben soms pijn, en hebben nu een beginnend kapsel dat ze op geen enkele manier bij hun eigen verschijning vinden passen. Ook zij wachten, smeren, masseren en accepteren. 

 

En we snappen er allemaal geen (haar)zak van, maar geen haar op ons hoofd die eraan denkt om te gaan klagen. 

 

Want we leven! En een bokkenpruik achteraf, daar zien we geen heil in. 

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke