Janny legt ons uit waarom chocolade zo verdomd lekker is. En we er maar geen genoeg van kunnen krijgen.

 

Er wordt gezegd dat het vooral vrouwen zijn die niet zonder chocolade kunnen, maar geloof me, het zijn echt mannen die altijd een chocoladetoetje van de restaurantkaart kiezen. Wat is het toch dat ons instant gelukkig maakt wanneer we een stukje chocolade in onze mond stoppen? De geur, de smaak, het langzaam smelten in je mond, dat romige gelukzalige gevoel.  Alleen al het denken aan chocolade geeft een Pavlov-effect.

De een zweert bij puur, de ander bij melkchocolade. Zelf heb ik helemaal niets met allerlei smaak-toevoegingen, hoewel karamel en zout weer wel lekker zijn en o ja, noten ook. Maar verder heb ik eerlijk gezegd liever een goed stuk chocola dan een ingewikkelde bonbon. Dat leidt maar af van de ‘real deal’.  De voorkeur verschilt trouwens per land.  Zo zijn wij in Nederland wel op puur, terwijl ze in Engeland meer van melk houden en in Frankrijk waarderen ze chocolade met een pittig karakter. In Scandinavië combineren ze chocolade met drop en de Zwitsers staan bovenaan als het gaat om hoeveelheden chocola die ze eten. Maar de Amerikanen spannen de kroon met hun creatie chocoladepizza.

Lekker is één ding, maar wat zorgt nu voor dat eeuwig verlangen?  Waarom worden we er nou zo blij van? De stof dopamine schijnt daar verantwoordelijk voor te zijn. Dopamine is een neuro-transmitter die ook vrijkomt bij (goede) seks, lachen en een overwinningsgevoel. Een soort kick in het beloningscentrum. Maar wat blijkt nu. Chocolade is veel complexer dan dat simpele stofje. Want het is niet alleen theobromine die daar verantwoordelijk voor is in chocolade. Deze stof, die overigens ook in koffie en cocaïne zit, is verantwoordelijk  voor dat geluksgevoel en zorgt  voor een snellere hartslag. Dat blije gevoel blijkt namelijk ook verbonden te zijn met het specifieke mondgevoel van chocolade. Eindelijk word ik nu eens bevestigd in het belang van mondgevoel en hoef ik niet meer te worden uitgelachen om mijn opmerkingen daarover. In een test werd namelijk het proeven van een stuk echte chocolade vergeleken met het slikken van de samenstelling van dezelfde elementen in een capsule. En wat bleek? Het eten van een stukje chocolade zorgde voor een stijging van de zin in chocolade van 60 % en de pil precies voor het omgekeerde effect, want de zin in chocolade zakte met 16 %. Wat dit bewijst? Dat we van alles kunnen analyseren en proberen na te maken, maar dat er veel meer elementen meespelen die prikkelen, dan wij nu nog kunnen bevroeden.  Niet mee rommelen, dus. Gewoon van genieten;  in volle omvang en lekker in je mond laten smelten zonder nadenken en met een grote glimlach.

 

Tot slot een paar chocoladeweetjes die het leven nog leuker maken:

 

•Verhit chocolade nooit direct op hoog vuur. Het verbrandt dan sneller en wordt bitter van smaak.

•Bewaar chocolade bij een niet teveel schommelende temperatuur, het liefst tussen de 18 en 20 graden. In de ijskast is veel te koud; dan slaat hij grijs-wit uit.

•Chocolade hoort na verwerken een mooie glans en lekkere ’kraak’ te hebben. Om dat te bereiken is het nodig om te chocolade te bewerken. Tempereren in vaktermen. Doe je dat niet, dan wordt de chocolade dof van kleur en blijft hij plakkerig.

•Honden en katten kunnen chocolade niet verdragen omdat ze de stof theobromine niet kunnen afbreken.

•Hoe ‘puurder’ de chocolade, hoe minder calorieën!

•Toen chocolade zo’n 500 jaar geleden naar Europa kwam werd het alleen nog maar gedronken en niet gegeten. Het woord chocola stamt overigens af van het Azteekse woord xocoatl, dat chocoladedrank betekent.

 

 

Janny van der Heijden draagt graag jurken, pakjes en hoge hakken. Bekend als stijlvol jurylid van Heel Holland Bakt en presentatrice van Landinwaarts, schrijft ze dagelijks over eten, drinken en koken en proeven. Dat doet ze elke maandag bij ons. Janny schreef verschillende kookboeken. Ze heeft twee zoons en is oma van twee kleindochters.

 

Fotografie: Jonathan Gregson