Oei..
daar schrok ik van

 

Werd ik bij een officieel bezoek aan een beautybedrijf in Frankrijk ineens geconfronteerd met iets… door een Nederlandse marketingmevrouw notabene.

 

 

Als hoofdredacteur dien je je natuurlijk te gedragen. En netjes te luisteren naar verhalen van relaties. En begrip te tonen. En… weet ik veel wat allemaal nog meer. Een aantal dingen is bij mij gewoon niet helemaal goed afgestemd. Iets met genen ben ik bang. Want het komt me best bekend voor van m’n moeder, dit verschijnsel. Bijvoorbeeld als ik iets kei-lelijk vind. Of als ik iets een merkwaardige opmerking vind. Kun je het dus meteen van m’n gezicht aflezen. Echt NIETS aan te doen.

 

Zo stond ik een keer in een serieus beautybedrijf naast een belangrijke (en trouwens superaardige) marketingmevrouw toen het over shampoo ging. In een presentatie. Er werd daar onder andere verteld welke nieuwe en betere producten er allemaal aan zaten te komen, waar ze goed voor waren en ook meteen in wat voor soort verpakking ze zouden komen. Deze keer niet meer in een plastic fles of tube, maar in zo’n pot met dispenser-ding bovenop. Waar je niet doorheen kon kijken. Want dat was een stuk mooier. Dat was ik wel met ze eens. Zag er mooi uit. Om hebberig van te worden. Ineens fluisterde de marketingmevrouw iets in m’n oor: ‘Goed idee die pot, want weet je wat Nederlanders doen? Die knippen zo’n plastic pot of tube gewoon door om er echt het allerlaatste uit te schrapen’.

 

OEPS!

 

Weer zo’n moment waarop mijn gezicht waarschijnlijk boekdelen sprak. Geen idee of ze het gezien heeft. Ben bang van wel. Ik doe dat namelijk ook altijd. De pot moet leeg. Zonde toch om niet helemaal alles tot op de bodem op te maken? En jammer toch, van die potten waaraan je niet kunt zien of ze leeg zijn? Maar denken ze nou serieus dat dat typisch Hollands is? Ik ga het dit najaar checken bij m’n Italiaanse vriendin als ik haar weer zie.

 

 

Door Franska

Fotografie portret: Esmee Franken. Visagie: Linda van Ieperen. Haarstylist: Mandy Huijs