En? Heb je al kleinkinderen? Dan weet je vast dat opa’s en oma’s goud waard zijn voor hun eigen kinderen. Zeker als ze een avondje uit willen of een middagje kindvrij moeten werken. Maar eh… welke opa en oma dan precies? Die van hunzelf, of die van hun partner? Nou, daar zit echt verschil tussen.
Moeders kiezen massaal voor hun eigen ouders
Zo blijkt uit een recent onderzoek van oppas- en au pairplatform Nina.care onder 400 ouders. Jonge mama’s hebben toch écht het liefst dat hun eigen moeder wordt ingezet als het om oppassen gaat. Bijna de helft doet dat bewust. En schoonmoe? Die krijgt toch echt minder vaak een belletje: slechts één op de negen moeders kiest liever haar schoonmama of -papa als oppas.
Vaders denken daar nét wat anders over. Bij hen ligt het verschil minder scherp: zo’n 32% laat liever zijn eigen ouders oppassen, terwijl 18% een voorkeur heeft voor de de ouders van zijn partner vraagt. Vaders lijken dus iets makkelijker in die keuze te zijn, of doen gewoon niet zo moeilijk.
Eigen moeder eerst
Volgens Jasmijn Kok, mede-oprichter van Nina.care, is dat niet zo gek: “Vrouwen hebben vaak een sterkere band met hun eigen ouders. Daardoor voelen ze misschien ook sneller een soort loyaliteit om hén eerst te vragen, en niet hun schoonouders te ‘passeren’. Mannen hebben dat gevoel vaak minder.”
Vertrouwen in schoonouders groeit met de jaren
Heel eerlijk? Ik vond het ook altijd lastig hoor. Mijn schoonouders zijn hartstikke lief maar toen mijn tweeling werd geboren hadden zij al jaren geen luiers meer verschoond of een flesje gegeven. Laat staan aan twee meisjes tegelijk. Dus toen ik mijn meisjes die eerste keren daar achter ‘moest’ laten vond ik dat heel moeilijk. Helemaal omdat ik ze de eerste keer dat ik ze daar bracht met een luier die achterstevoren zat weer terugkreeg en met rode billetjes omdat ze te lang geen schone broek hadden gekregen. Ik moest dan ook best wel een drempel over om ze een tweede keer te brengen.
Ouders worden milder met de jaren
Hoe ouder de ouders, hoe relaxter de oppaskeuze lijkt te worden. Jonge ouders onder de 30 geven in 52% van de gevallen nog de voorkeur aan hun eigen ouders. Maar als ze eenmaal de dertig gepasseerd zijn, zakt dat percentage terug naar zo’n 36 tot 40%. Oftewel: de voorkeur voor ‘eigen’ ouders ebt langzaam weg. Misschien omdat je dan allang blij bent dát er iemand is om op te passen? Sterker nog: ongeveer de helft van de 30-plussers maakt het eigenlijk echtniet meer uit wie er komt. Als er maar iemand is die weet waar de luiers liggen en zin heeft om voor de zoveelste keer uit Dikkie Dik voor te lezen.
Gelukkig vond ik het ook makkelijker om mijn dochters bij mijn schoonouders achter te laten toen ze eenmaal ouder waren. Ik vond ze minder kwetsbaar voor als het ‘mis’ zou gaan. Bovendien zorgden de meisjes ook voor elkaar. Dus als opa of oma een foutje maakten, dan losten ze dat onderling wel op. Ik bleef het vaak wel lastig vinden als ze mijn kinderen meenamen naar de speeltuin of het bos. Ze waren gewoon wat ‘makkelijk’ en daar voelde ik me gewoon niet fijn bij.
Oppas gezocht: vaste hulp steeds populairder
Over één ding zijn de papa’s en mama’s het opvallend eens: als er iemand op de kinderen past, dan het liefst iemand uit de vertrouwde omgeving. Ruim 75% van de jonge ouders schakelt liever familie of vrienden in dan een betaalde oppas. Logisch, zegt Kok: “Je laat je kind nu eenmaal het liefst achter bij iemand die je goed kent.”
Toch wringt daar ook iets, want steeds opnieuw terugvallen op opa’s en oma’s geeft ook een schuldgevoel. En dat groeit alleen maar als je ze vaker nodig hebt. En dát willen veel ouders wel: één op de drie zou het liefst wat vaker een oppas willen inschakelen. Een vaste, vertrouwde betaalde oppas kan dan een uitkomst zijn. Iemand die het écht leuk vindt, niet alleen uit liefde ‘ja’ zegt en die het ziet als een leuke bijbaan in plaats van een ‘moetje’.
Bron: Nina.care