Kunt u nog rijden?

 

Van harte, meneer Van Hanegem, Willem voor intimi. Met uw 75ste verjaardag. En meteen even een vraagje: heeft u zich al laten keuren voor uw rijbewijs?

 

Bij mij om de hoek woont een lief – écht oud, ver boven de tachtig – besje, dat vaak in haar grijze boodschappenautootje voorbij komt. Ze rijdt zachtjes, lief glimlachend komt ze net boven haar stuur uit. Maar ik doe altijd een stapje extra opzij – ook lief glimlachend – als ze me inhaalt. En intussen vraag ik me af of zij mee kan komen met het verkeer. Niet dat ik haar de vrijheid niet gun – vaak is de auto voor ouderen de enige manier om een zus of nicht te bezoeken. Maar elke keer hou ik mijn hart vast als ik haar langzaam rechtsaf zie slaan, naar die druk befietste straat.

 

Gelukkig bestaat het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR), denk ik dan maar. Om in haar geval, én ook in andere gevallen de verkeersveiligheid in de smiezen te houden: het deelt tenslotte ook al regelmatig rijverboden uit aan mensen die bijvoorbeeld ADHD hebben. (Waar Brigitte zich al – terecht – over verwonderde.) Want vanaf je 75ste moet je je verplicht medisch laten keuren als je rijbewijs verloopt. Elke vijf jaar. Je ‘aftakeling’ zou tenslotte een reden kunnen zijn om jezelf en anderen in gevaar te brengen. Zo invoegend op de snelweg, met je vastzittende nek.

 

Maar klopt het eigenlijk wel dat ouderen vaker verkeersslachtoffer zijn? Yep, zocht RTL Nieuws uit. Al komt dat doordat hun lichaam kwetsbaarder is dan die van jongeren. Ze zijn niet vaker de veróórzaker van een ongeluk. Sterker nog: iemand van tachtig zou heus beter kunnen rijden dan iemand van vijftig, wordt gesteld.

 

Maar, lees ik, veel ouderen die eigenlijk niet meer in de auto moeten stappen, slippen door die medische keuringen heen. Allereerst omdat de praktijk weerbarstiger is dan aan zo’n keuringsartsbureautje. Daarnaast kunnen beginnend vergeetachtigen hun aandoening behoorlijk goed verbergen. En zo krijgen ze dus vrolijk weer hun rijbewijs voor vijf jaar. En die vijf jaar duurt in veel gevallen veel te lang. Zeker gezien het beleid: iemand moet zélf een inschatting maken of hij wel of niet kan rijden. En daardoor zitten veel kinderen in de rats. Want hun achteruitgaande moeder kan zichzelf niet goed beoordelen. (Ik weet niet of jij het al eens hebt geprobeerd? Maar peuter maar eens aan iemands verstand dat hij niet meer kan rijden. Als je vader een beetje koppig is – of stronteigenwijs (hoezo moet ik nu weer aan Van Hanegem denken?) – laat hij zich door zijn kinderen natuurlijk nooit die auto uit krijgen. Daar is meer voor nodig dan een bureaukeuring of bezorgde kinderen.)   

 

Tot de tijd dat deze keuringen bij ouderen slimmer worden georganiseerd, blijf ik gewoon dat extra stapje opzij maken als dat lieve mevrouwtje voorbijrijdt. En hoop ik dat anderen dat ook doen …

 

Maar ik hoop vooral dat zij zélf snel het inzicht krijgt om te stoppen met rijden. Dan wil ik haar heus wel een keertje naar haar nicht brengen.

 

Door: Beatrijs Bonarius

Beatrijs Bonarius is tekstschrijver & eindredacteur. Een mediavreter, zoals ze zelf zegt. Met een vrolijke, scherpe blik – en dito toetsenbord – kijkt ze voor Franska naar de actualiteit.

Afbeelding van Beatrijs Bonarius