Just another day at the office

 

Als Grace op vakantie is geniet ze op een prachtige plek van de rust. Tot ze in de gaten krijgt dat het hier wel heel erg stil is.

 

 

Zojuist aangekomen aan de Côte d’Azur. We zijn nog niet op onze eindbestemming, maar hebben nog een tussen stop in Saint Aygulf waar manlief nog een zakelijke bespreking heeft. Aangezien ik geen zin heb in saaie mannen die in rap tempo hun Franse beslommeringen bespreken, besluit ik lekker te slenteren in het kleine dorpje waar we nu zitten. Manlief kent deze omgeving op zijn duimpje en adviseert mij om na het winkelen (hij kent míj natuurlijk ook erg goed) even het parkje verderop in te lopen. Gewoon lekker genieten van de stilte en van alles wat er voorbij komt lopen. 

 

Na een leuke ketting te hebben gescoord haal ik bij de plaatselijke traiteur een verse fruitsalade. Ik heb nu geen zin om in mijn eentje op een terrasje te zitten, dat kan later wel. Ik aanschouw nog even de mannetjes die jeu de boules spelen, maar volgens mij zaten ze meer op mij te letten dan op het ‘but’, het kleine balletje waar het allemaal om gaat. Dus vervolg ik mijn weg naar het park. 

 

Daar aangekomen zie ik een prachtig hek, met daarachter de mooiste bloemen, bomen en planten. Ik open het hek en zie dat het hier wel héél erg rustig is. Verderop zie ik een bankje, half in de zon en in de schaduw, vlak voor een grote vijver. Er staat ook een waanzinnig mooi huis in de oude Provençaalse stijl. Er hoort zeker een landgoed bij dit park, of andersom, het is maar hoe je het bekijkt. 

 

Ik neem lekker plaats op het bankje en kijk even rustig rond. Het is hier wel héél erg stil voor een park. Meestal zie je wel ouders met hun kinderen, een jogger, maar vandaag niet. Terwijl ik zit te genieten van mijn uitzicht en fruitsalade, hoor ik iemand aan komen lopen. Ik kijk zo half om, een beetje op mijn hoede, ik heb iets te veel CSI-films gekeken het afgelopen jaar, vandaar. 

 

Het blijkt een man van mijn leeftijd te zijn, zo eentje uit een doktersroman. Linnen overhemd, bermuda en de goede slippers aan. (Je hebt ook foute slippers, haha.)

 

Gaat ie naast mij zitten; het hele park is leeg en moet ie net naast mij komen zitten. Hij zegt iets in het Frans, en ik moet echt heel hard nadenken wat ie nou precies bedoelt. Of ik een leuke dag heb of zo? Aan mijn hoofd ziet hij dat ik het niet allemaal begrijp, dus herhaalt hij het, maar nu in het Engels. Of ik me vermaak hier in de tuin. Het woord tuin zet me aan het denken. Kak, ik zit helemaal niet in een park, maar ben gewoon iemands tuin ingelopen en daar ook nog eens gaan picknicken op iemands privébankje. 

 

 

Ik schaam me hartstikke dood en bied honderd keer mijn excuses aan. Gelukkig kon hij erom lachen en vertelde hij dat het niet de eerste keer was dat dit was gebeurd. Zijn huis staat náást het park, vroeger hoorde het park bij het landgoed en jaren geleden was een gedeelte verkocht om zo het onderhoud van het landgoed veilig te stellen. Zo raar was mijn vergissing dus ook niet. Maar ik maak wel dat ik wegkom. Weg uit deze tuin en naastgelegen park, op naar het strand. Lekker tussen de mensen. Ik app naar mijn man waar ik zit, een heerlijke tent in mijn favoriete kleur turquoise, Bleu et Blanc. 

 

Als hij een half uurtje later aanschuift en ik mijn avontuur van de dag vertel, verbaast het hem ook helemaal niets. Je loopt niet alleen in zeven sloten tegelijk, maar óók nog in iemands tuin. Vanaf nu geen zaken meer, de vakantie is begonnen!

 

Door: Grace Bergman