Janny proeft

 

Naar aanleiding van mijn nieuwe boek over alle lekkere ‘zoete’ adresjes in Parijs, kreeg ik afgelopen week heel veel vragen over proeven. Eet je alles? Hoe proef je nou? Kun je dat leren? Vind je alles lekker? En, misschien wel de meest gestelde: hoe zorg je dat je niet kilo’s aankomt?

 

Nou, om direct maar bij de laatste vraag te beginnen: belangrijker dan of de kilo’s eraan komen is de vraag hoe je de kilo’s eraf krijgt als ze eraan gekomen zijn. Maar dat is een ander verhaal.

 

 

Ja, als je een boek als La Douce Paris schrijft moet je ook echt alles proeven wat je beschrijft. Misschien niet elk taartje in Parijs, maar je moet absoluut wel weten wie wat maakt. En om dat op waarde te kunnen schatten en te kunnen proeven moet je als het ware een encyclopedie van smaken in je hoofd hebben. Want als je iets niet herkent, kunt je het ook niet benoemen. Dat klinkt misschien als een open deur, maar ik bedoel het heel serieus. Om echt te kunnen proeven moet je kunnen onderscheiden en dus heel veel geproefd hebben. En geroken. Want ruiken speelt ook mee bij het proeven. Dat is ook waarom ik zo vaak zeg dat je zo jong mogelijk moet beginnen met veel verschillende smaken én structuren. Nog elke dag ben ik dankbaar dat ik opgevoed ben in een gezin waarin eten, vérs eten wel te verstaan, heel belangrijk was. Waar aan tafel gepraat werd over eten, seizoenen, of iets goed op smaak was, of bij fruit bijvoorbeeld: al over het hoogtepunt heen of niet rijp genoeg. Door te leren ruiken aan iets, op de juiste plek te voelen of iets rijp is of niet, heb ik onbewust heel veel opgeslagen. De afkeer van chemische geuren en smaken is me zo ingeprent dat ik ze feilloos herken. Op afstand. Ik heb een zwak voor vakmanschap. Ik kan intens genieten van ambachtelijk brood, bijzondere smaakcombinaties, luchtig bladerdeeg, fluwelen crèmes, bijzondere chocolade.

 

Knisperende croissants, baguettes met een lekkere korst, taartjes die iets zoets met een tegenhanger hebben, iets knapperigs en of romigs, het zijn allemaal kenmerken van kwaliteit. En die staat altijd bovenaan. Daarvoor is vakmanschap en kennis nodig, want al heb je nog zulke mooie ingrediënten, als je ze verkeerd bereidt of combineert gaat het alsnog mis. Mondgevoel is belangrijk. Daar wordt nog wel eens lacherig over gedaan, maar als de structuur van iets korrelig is, vettig of glibberig, dan valt de smaak weg.

 

Ik noemde al geur die een rol speelt bij proeven, denk maar eens aan die wijn die je meeneemt uit je vakantieland. Thuis smaakt hij anders. Dat heeft voor een groot deel te maken met de omgeving die anders ruikt, een andere vochtigheid heeft of een andere omgevingstemperatuur. Uiteraard speelt uiterlijk ook mee bij het beoordelen of iets lekker is of niet. Dat wekt verwachting: iets wat er mooi uitziet zullen we eerder bestempelen als lekker dan andersom.

 

Kleur kan daarbij bevestigend of juist verwarrend werken. Er worden regelmatig proeven gehouden. Bij een groene of gele kleur verwachten we een minder zoete smaak dan bij rood. En als we die kleuren door elkaar gooien raken we verward. Er zijn tests met drank bijvoorbeeld, waar bessenjenever geen kleur heeft en niemand thuis kan brengen wat hij proeft. En je zult ‘t misschien niet verwachten, maar het meest onderschatte zintuig bij proeven is misschien wel geluid. Er ooit over nagedacht dat er alles aan gedaan wordt om bijvoorbeeld chips ook extra knapperig te laten klinken? En wist je dat een van de redenen waarom eten in een vliegtuig niet lekker is niet zozeer de hoogte is of de slechte kwaliteit van de catering, maar dat het te maken heeft met het geluid van de motoren? Die leiden zo af dat onze zintuigen er onder te lijden hebben.

 

Denk er maar eens over na. Alles is lekkerder als je met al je zintuigen proeft. Dus nooit meer iets gedachteloos naar binnen proppen hè?

 

Door: Janny van der Heijden

Janny van der Heijden draagt graag jurken, pakjes en hoge hakken. Bekend als stijlvol jurylid van Heel Holland Bakt en presentatrice van Landinwaarts, schrijft ze dagelijks over eten, drinken en koken en proeven. Dat doet ze elke zondag bij ons. Janny schreef verschillende kookboeken. Ze heeft twee zoons en is oma van twee kleindochters

Afbeelding van Janny van der Heijden