Hoe kan ik zo stom zijn?

 

Of Eugenie nu in recordtijd alle schepen achter zich verbrandt en met haar gezin naar Mexico City emigreert waar ze huisvrouw met chauffeur wordt, of in Nederland voor een armlastige kinderhulporganisatie werkt en met haar geliefde el señor een boutique hotel runt: saai is het zelden!

 

 

Hyperventilerend ren ik met een stapel kopieën onder mijn arm van het postkantoor naar huis. Wáár laten we Leo? En wát doen we met Bob? Tranen van schaamte staan in mijn ogen. Ik ben onze hond en kat vergeten! Hoe kon ik zo stom zijn? En me druk maken om futiliteiten als een nieuw huis of het verkopen van ons huidige? Wat maakt zo’n verblijfsvergunning nou uit? Of dat de krant tot in lengte der dagen gewoon wordt bezorgd? Er moet een Masterplan Bob en Leo komen. Nu.

 

Onder geen beding moeten onze trouwe huisgenoten de dupe worden van onze wilde plannen

 

Of later. Want het komt wel goed, zegt El Señor die ik in allerijl heb gebeld. We vinden wel een nieuw thuis voor ze, belooft hij. Als we dit weekend onze familie en vrienden gaan vertellen van onze verhuisplannen dan denkt iedereen wel mee over een oplossing, beweert hij. Het stelt mij enigszins gerust. El Señor kan namelijk heel stellig zijn. En we hebben immers nog zes weken. Toch vormt zich al een Plan B in mijn hoofd. Voor ‘je-weet-maar-nooit’. Bob en Leo gaan gewoon voor de periode dat wij weg zijn – desnoods jarenlang – samen op vakantie naar hun uiterst luxueuze pension op een landgoed in de polder. Op onze kosten uiteraard. Onder geen beding moeten onze trouwe huisgenoten de dupe worden van onze wilde plannen.

 

Onze plannen blijken voor een gewaarschuwd mens gelukkig goed te begrijpen. Tenminste dat is wat ik uit het telefoongesprek met mijn moeder herleid. Ik kan niet wachten om het nieuws met haar te delen en ik hoor geen bibber in haar stem als ze zegt hoe leuk ze het voor ons vindt. Onze ouders zijn al langer op de hoogte van eventuele buitenlandambities dus het komt niet echt als een schok. Al worden er achter de schermen best de nodige tranen geplengd. We gaan niet alleen zelf, maar nemen ook hun kleinzoon mee. Ook onze vrienden zijn blij voor ons, en minder voor zichzelf. Fantastisch natuurlijk om te weten dat je gemist gaat worden. Als troost bieden we Bob en Leo aan, maar dat aanbod slaat iedereen vriendelijk af. Waarschijnlijk te pijnlijk, om elke dag op die manier aan ons herinnerd te worden.

 

Eugenie van Stratum is communicatiemanager. Moeder en echtgenote. Ze leest en schrijft. Eet en drinkt (niet altijd in gepaste hoeveelheden). Doet aan pilates. Bezwijkt regelmatig voor ongecontroleerde actie.

Portretfoto: Natalie Leeuwenberg

witte-balk-met-bol-eugenie