And we call it puppy love

 

De puppy’s zijn niet aan te slepen sinds corona

 

 

Ze zijn allemaal zonder twijfel met de beste bedoelingen aangeschaft. Met of zonder stamboom, in Nederland geboren of van verre ingevlogen, het maakte geen verschil. Als warme broodjes – en tegen woekerprijzen – gingen ze over de toonbank, al die schattige puppy’s. Maar kleine honden worden groot, dus als dat maar goed gaat. En nee, dat gaat het niet.

 

Volgens the Guardian is het aantal honden in de UK in het laatste jaar gestegen van tien tot twaalf miljoen. ‘Pandemische puppy’s’ worden ze al genoemd en er wordt hen geen rooskleurige toekomst voorspeld. Want los van het feit dat heel veel kersverse hondenbezitters straks, na de pandemie, tot de conclusie gaan komen dat een hond toch wel erg veel werk en een handenbinder is, komen de eerste coronahondjes nu in de puberteit. De schattepoppetjes van toen worden ongeleide projectielen die juist méér aandacht en uitdaging nodig hebben om ze – net als bij mensenpubers – niet te laten ontsporen. En dan te bedenken dat de meeste hondjes vanwege de coronaregels géén puppytraining kregen en weinig gesocialiseerd zijn omdat ze al die tijd lekker met hun baasjes zaten opgehokt.

 

Dat gebrek aan ordentelijke training of socialisatie heeft nu al geleid tot een forse toename van bijtincidenten die variëren van een aanval door een Rottweiler die voor het eerst van zijn leven wist te ontsnappen uit zijn voortuintje en een passante naar het gezicht vloog – met plastische chirurgie en een trauma tot gevolg -, tot kinderen die voor het leven verminkt raakten door een hond die even een waas voor ogen kreeg – kinderen onder de veertien jaar maken een kwart van het aantal ziekenhuisopnames als gevolg van hondenbeten uit. Uit mijn eigen omgeving komt de gruwel van een Staffordshire bullterriër die in het park een teckeltje morsdood beet en letterlijk aan stukken scheurde terwijl zijn baasje er als verlamd bij stond en helemaal niets deed.

 

Zie je de asielen al voor je binnenkort? Al die uitpuilende hokken met honden die ze aan de straatstenen niet meer kwijtkunnen? En het aantal advertenties voor ‘herplaatsers’ die allemaal ‘heel lief en aanhankelijk’ worden genoemd in de hoop dat er iemand hapt en ze van het beest verlost worden?

 

Wij (mijn man en ik) waren al vóór corona op zoek naar een zusje voor onze hond Jip. Maar ja, niet aan te slepen hè? Dus zouden we wachten tot na corona en dan voor een herplaatser gaan zodat we tenminste het lot van één hond zouden kunnen veranderen. Totdat er een nestje Friese Stabijpups op mijn pad kwam en we wonder boven wonder zomaar een pup konden bemachtigen. Ze heet Cato en komt over twee weken bij ons wonen, waarna ik haar keurig aan jullie allemaal zal voorstellen. Een pandemische pup is Cato voor ons dus niet. Al hebben we wel een pandemische woekerprijs moeten neertellen voordat we haar de onze mochten noemen.

 

To be continued dus, dit stukje. In elk opzicht.

 

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.

Afbeelding van Brigitte Bormans