‘Mijn man is alcoholist en daar maak ik me heel erg bezorgd om.’

 

 

‘Hij ontkent het in alle toonaarden en als hij zou weten dat ik dit over hem schrijf zou het huis te klein zijn. Elke dag om klokslag 5 uur loopt hij naar de ijskast voor een biertje – of twee. Daarna gaat er een fles wijn open en die gaat gegarandeerd leeg. Als ik zelf ook nog eens een glaasje zou nemen, wat ik steeds minder doe omdat ik er steeds minder van kan genieten – gaat er vaak nog een tweede fles open en die kan zomaar weer tot op de bodem leeggaan. Ik zeg er geregeld wat van, zoals: ‘moet je nou echt zo nodig nog een fles openmaken’ of: ‘weet je wel hoe goed het voor je zou zijn om eens een maand te stoppen met alcohol’. Hoe meer opmerkingen van mijn kant, des te dwarser hij wordt en des te meer hij drinkt.

 

Als je hem niet kent, zou je het waarschijnlijk niet aan hem zien als hij gedronken heeft. Hij staat altijd stevig op zijn benen, wordt nooit zichtbaar ziek. Maar de drank maakt hem wel scherper. Na de biertjes merk ik de omslag al en door de wijn wordt hij vaak zo scherp dat ik maar beter niets meer zeg en niets meer vraag. Hij reageert dan overal geïrriteerd op, is totaal niet meer in voor een gesprek en laatst noemde hij me een ‘ouwe zeikerd’ en dat was voor het eerst.

 

Was dit de volgende fase? Zouden we hierna verder afglijden naar scheldpartijen, verwijten of erger? De volgende ochtend ben ik heel rustig bij hem gaan zitten met een kop koffie. Ik zei dat ik echt even met hem wilde praten. Natuurlijk voelde hij gelijk nattigheid. ‘Nu even niet’, was zijn reactie dan ook. Ik probeerde het nog wel. Zei dat ik me zorgen maak over zijn drankgebruik en ook over onze relatie. Want die zag hij toch ook verslechteren?

 

Hij schreeuwde dat ik nu ‘echt mijn bek moest houden’ omdat ik volgens hem niets anders aan het doen was dan mijn probleem proberen het zijne te maken. Ik moest ervan huilen. Ik was toch zeker niet degene die hier te veel dronk? En daarmee sloeg ik voor hem de spijker op z’n kop. Want ik moest heel goed begrijpen dat hij dus absoluut niet te veel drinkt en dat dat allemaal in ‘die stomme kop van mij zit’.

 

We zijn dus in de volgende fase aangeland. De fase waarin we niet meer met elkaar kunnen praten, elkaar niet meer respecteren en hij grover en grover tegen me wordt. Hoe dit opgelost kan worden? Ik weet het echt niet meer. Zolang hij ontkent dat er een probleem is, is er geen beginnen aan toch?’

 

Coby’s naam is vanwege privacy gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.

 

Moet jou ook iets van het hart en wil je dat (anoniem) met ons delen? Stuur dan een mail naar info@franska.nl onder vermelding van ‘Dit moet ik even kwijt’.