Zo! Dat scheelt!

Je zult maar een winkel hebben nu. Een winkel waarmee je je brood moet verdienen door de verkoop van spullen.

 

 

Spullen die je graag mooi uitstalt, zodat iedereen die langsloopt denkt: ohhh wat mooi… die wil ik hebben! Je kent het wel: van die mooie etalages, mooie schappen, mooie rekken, vriendelijke bediening; alles helpt. En daar kun je nu geen gebruik van maken nu alles weer online besteld moet worden omdat de winkels (weer) (eerder) sluiten. Niks geen spreiding meer door koopavonden, maar allemaal tegelijk naar de winkel, omdat hij om 17.00 uur weer dicht moet. Bah.

 

En dan nog iets: de impulsaankopen! Ook die zijn zeker met de helft gereduceerd nu. En dat kan ik vooral afmeten aan mezelf. Aan mijn eigen gedrag in winkels, en aan mijn portemonnee. En hoe dat komt zal ik je uitleggen.

 

Als ik iets nodig heb, ga ik me nu eerst online oriënteren. Ik loop nu liever even door de website dan langs de rekken of de schappen. En natuurlijk zie ik op die site ook andere mooie spullen voorbijkomen, maar ik wil alles altijd even vasthouden voordat ik het koop. Even voelen of het bij mij past, en even voelen of het gemaakt is van goed materiaal, even de kleur bekijken bij daglicht, enzovoort. En dat gaat niet zo lekker op websites.

 

Maar goed: als ik eruit denk te zijn op het wereldwijde web, dan ga ik dus alleen nog naar die ene winkel nu. Niet effe lekker winkeltje in winkeltje uit, maar rechtstreeks naar de plek waar ik het uitgezochte artikel kopen kan. Als het heel groot is, rij ik erheen met de auto, maar als het in mijn fietstas past dan pak ik de fiets. Echt, ik denk overal aan! Aan mijn eigen gezondheid en die van anderen, en ook nog aan het milieu.

 

Maar dan komt het! Voor de deur van de winkel zet ik dan mijn fiets op slot met zeven sloten (voor het geval iemand ook zo’n leuke fiets wil hebben, maar er niet voor wil betalen), vis ik mijn mondkapje uit mijn tas, en plaats ik dat over mijn neus en mond. Dan pak ik een kar of mandje en desinfecteer ik die, loop ik naar de handsdetentiesss … nee, desenticissss … nee, desensitizer (of gewoon: het handenwaspompje) en desensiteer (of whatever) ik mijn handen (voor het geval ik binnen iets aanraak, wat me best waarschijnlijk lijkt) en dan kan ik veilig tussen de schappen en de rekken door.

 

Maar dan! Dan kan een winkelier het nog zo aantrekkelijk voor me maken en me overladen met enorme borden met leuke teksten erop, door bakken met vrolijke kleurtjes in de weg te zetten of die bij de kassa te plaatsen om mijn impulsen te activeren met een leuke prijs; ik zie niks!

 

Ik kan de weg in de winkel niet eens vinden, laat staan dat ik iets koop wat ik eigenlijk nog niet nodig had. En dat scheelt de winkelier dus een heleboel inkomsten nu, en mij heel veel uitgaven.

 

Ik zet namelijk mijn mondkapje op, loop de winkel in en mijn bril beslaat. Ik ga volledig op de tast door winkels tegenwoordig en heb geen idee of ik afstand houd, want ik zie niemand. En in nieuwe winkels ben ik helemáál verloren, omdat ik daar de weg niet ken. Bij ons is de Deen nu vervangen door een Albert Heijn, en ik heb geen idee wat ze er allemaal verkopen. Ik doe maar wat daar, want ik kan mijn boodschappenbriefje niet lezen, en wat ik nog uit mijn hoofd weet, kan ik met mijn beslagen glazen niet vinden.

 

Hopeloze tijden vind ik het.

 

Maar het scheelt wel een hoop geld!

 

Geld dat de winkelier dus ook niet ziet.

 

En dat lijkt me geen pretje voor de ondernemers van nu.

 

 

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke