Tofu is het meest overschatte ingrediënt ooit
 

Onze lieve collega’s van FavorFlav hebben van eten hun vak gemaakt. Je moet bij deze lekkerbekken zijn voor de beste recepten, geinige weetjes en de laatste eettrends. Willen wij natuurlijk ook van op de hoogte zijn. Vandaag: Tofu is het meest overschatte ingrediënt ooit.

 

 

De Aziatische keuken; ik hóu ervan. Groene curry is m’n grote liefde, maar in Bali heb ik me ook tonnetje rond gegeten. Saté, soto ayam, rendang, noem maar op. Zelfs een kookcursus daar gedaan en een poging gewaagd om deze gerechten zelf net zo lekker te maken. Maar één ingrediënt is m’n grootste vijand en ik heb het letterlijk geen enkele keer gegeten dat ik tevreden was erna. Tofu. Wat móet je hiermee?!

 

Het smaakt naar niets, het ziet eruit als niets en het is eigenlijk ook gewoon niets. Voordat ik in Azië was geweest kwam ik het wel eens tegen in Nederland. In een poké bowl bijvoorbeeld. Of als vleesvervanger in een ander gerecht. Sowieso vind ik niet dat tofu vervangend mag zijn voor ook maar iets, want het is allesbehalve een waardige vervanger. Als ik de kip bij mijn vaste Thaise afhaal vervang voor tofu, heb ik altijd spijt. Ben ik dus eerst tien minuten bezig met al die sponsachtige stukjes eruit te vissen. En dan baal ik erna nog meer, want door die rare structuur zuigt het al mijn heerlijke curry op en heb ik dus minder.

 

Hoe kunnen mensen dit lekker vinden?
Kijk, dat je tofu niet zo vervelend vind als ik – daar kan ik inkomen. Maar hoe kan je dit in godsnaam écht lekker vinden? Het. Is. Niks. Die sponsachtige structuur waar je in hapt. Zo sompig. En dan die smaak. Nou ja, smaak… Ik kan geen enkel ander ingrediënt bedenken dat zo’n nietszeggende smaak heeft. Zelfs water smaakt naar meer. En dat is knap.

 

‘Maar tempé dan, dat is lekker’
Dat mag je natuurlijk vinden, maar dat is een heel ander ingrediënt. Ja, allebei wordt het gemaakt van sojabonen, maar daar houdt de gelijkenis wel bij op. Tempé kan namelijk wél lekker zijn, en dan heb je nog een beetje het idee daadwerkelijk iets te eten. Maar dit stuk zachte rubber is gewoon een loze vulling voor in je gerecht. Helemaal prima als je voor vega gaat: maar ga dan gewoon voor meer groente en laat deze brokken vol niksheid alsjeblieft weg.

 

De keren dat ik deze walging voor tofu ventileer naar mijn omgeving, krijg ik steevast het antwoord ‘dat het dan niet goed bereid is’. Zal best. Maar ook als het goed bereid is, is het nog steeds niets. Ik ben hier nooit van te overtuigen en ik ga het als mijn missie zien tofu zoveel mogelijk te verdrijven uit de keuken. Daar hoort het namelijk helemaal niet thuis. De prullenbak, dát is een goede plek ervoor!

 

 

Door: Wieke Veenboer

Wieke Veenboer woont in Amsterdam. Ze is een graag geziene gast in de Amsterdamse horeca en probeert af en toe zelf een keukenprinses te zijn. Ze houdt van reizen, verslindt boeken maar speelt ook Netflix uit.

Afbeelding van Wieke Veenboer