Ski-stress met de familie

 

‘May, wat is er met je aan de hánd?’ Mijn collega en vriendin Daan bekijkt me vanaf haar bureau als een bioloog die net een bijzondere soort heeft ontdekt.

 

 

 

Ik trek mijn schouders op en mijn mondhoeken naar beneden. Geen idee, het gebeurt gewoon. Van een deadlinejunkie en de directeur van Twee Voor Twaalf Producties ben ik ineens een meesterplanner geworden. Ik maak B-plannen, boek restaurants weken van tevoren, ik regel dat onze koffers per koerier naar ons hotel in Italië worden gebracht zodat we alleen met handbagage kunnen vliegen en daardoor eventuele chaos op Schiphol kunnen omzeilen en zet bovendien een week voor de pick-up in mijn agenda dat we de koffers moeten inpakken en ook heb ik een speciaal koord voor Flo besteld waaraan je kunt zien dat ze autistisch is en misschien in een iets andere maat danst. Ineens heb ik het te pakken: het plezier van het plannen. Je hebt geen stress en ontzettende voorpret. In die organisatorische flow,l besluit ik meteen maar even door te pakken. In de bergen zijn wat geweldige restaurants, ‘refugi’ zoals ze dat in de Italiaanse bergen noemen, en die zijn niet groot. Bovendien gaat half Kennemerland (waar ik woon) naar Selva, dus in het regeren-is-vooruitzien-kader reserveer ik vast bij Refugio Comici. Comici is een fenomeen in de bergen. Buiten staat een kruiwagen in Comici-blauw, gevuld met crushed ijs en een Blanc de Blancs van Ruinart en een Dom Pérignon op je te wachten. Je eet er verse kreeft, toch wel een unicum te noemen in de bergen en er is een oude Volvo ingegraven die als schans dient waar je overheen kunt springen. Als ik hoor dat onze vrienden L en M met zonen ook besluiten aan te haken bij de grote Haarlemse exodus richting Val Gardena besluit ik meteen te boeken. Donderdag lijkt me een mooi moment en weet je wat? Die vrijdag, die reserveer ik ook meteen. Afzeggen kan altijd nog.

 

Terwijl ik onze vrienden app kijk ik ondertussen even soepeltjes op de track and trace-link waar onze koffers zich op dit moment bevinden (onderweg van Parijs naar Innsbruck, pomtiedom) en klop ik mezelf even, uiterst tevreden met mezelf, op mijn schouder.

 

Eenmaal in het skiparadijs, dat Flo heel terecht ‘winterwonderland’ noemt, bekijk ik even snel mijn mail. Mijn laptop heb ik zowaar thuisgelaten want dit is een doe- en geen denkvakantie, maar om me nog zekerder in het zadel te voelen ga ik de berichten even door. Maar goed ook, want er wacht digitale post van Comici met een groene button waar ‘conferma’ op staat en waar ik even op moet klikken. Weer die schouderklop en een tevreden zucht. Mijn nieuwe ik, die bevalt me wel.

 

Comici bereiken is niet heel eenvoudig. Mijn dochter vlooit de route vast uit op app van Dolomiti Superski en ik informeer bij de skileraar van Flo hoe ik het culinaire paradijs te voet kan bereiken. Mijn lief belt een taxi en vervolgens nemen we twee liften:de Piz Sella en de directe lift naar Comici. Onze vrienden zwaaien al vanaf het terras en de cappuccini zijn onderweg. Als een heuse weddingplanner loop ik alvast naar de ontvangstbalie. ‘Even kijken of de reservering in orde is’ zeg ik met het gemak van iemand die heus weet dat alles tiptop geregeld is. De eigenaar hoor ik tegen hijgerige en hongerige skiërs ‘no, no, no, fully booked’ en met een lachje in zijn stem ‘only reservations’ zeggen en ik wapper een haarlokje over mijn schouder. Zonder te reserveren hier een tafeltje denken te krijgen, het idee.

 

Ik zoek zijn ogen, lach mijn meest zelfverzekerde lach en gooi er een soepel ‘Buongiorno, abbiamo prenotato sul nuome di Van der Horst’ uit. Hij wappert door zijn met potlood gevulde velletjes. Horst, Horst, Horst. ‘Tante persone?’ wil hij weten. ‘A che ora avete prenotato?’ Of ik een e-mail heb. Ik pak mijn telefoon erbij. Ondertussen sjort Flo aan mijn arm: ‘Ik heb HONGER.’ Ondanks de 1-7 begin ik het nu toch een tikje warm te krijgen. Ik pak mijn telefoon en zoek naar mijn mail. Kijk, hier is de bevestiging. Tafel voor negen om 12:00 uur.

 

De man kijkt kritisch. Alles lijkt te kloppen. ‘Ma signora, questo e 3 marzo. Oggi e 2.’

 

Ik kijk naar onze vrienden en mijn lief die zich achter me verkneukelen op de kreeft en fantaseer over een gat in de grond dat me zo naar mijn hotelkamer laat zakken. Ik heb de dagen en de uren omgedraaid. Iedereen is hier om 12:00 uur en de tafel is pas om 14:00 uur beschikbaar. En om 14:00 uur komt Martina, onze skilerares, hier naartoe. Had ik ook in staat van organisatiedrift geregeld.

 

May-Britt op wintersport over ski-stress

 

Mijn lief, die net om het hoekje kwam kijken, wandelt weer weg. Ik geloof dat ik zijn hoofd zie schudden. De eigenaar ziet mijn zorg en zegt me te wachten. ‘Wait here, ok. Aspetta qui.’ Ondertussen wuift mijn lief met armen die ‘geen zorg’ willen zeggen. Hij heeft een tafel buiten, de zon kiert door de wolken en op het terrasmenu staan dikke hamburgers. Geen kreeft, maar voor de meisjes en de puberzonen van onze vrienden een prima plan B. Terwijl ik de melk van de cappuccino een snorretje voel vormen hoor ik de stem van de eigenaar. ‘Horst, HORST!’ Er is een tafel. De beste van het restaurant. Knus in een hoek schuif ik naast mijn vriendin L en terwijl mijn liefde een glas chardonnay naar me toe schuift, pak ik een kleurboek en stiften voor Flo en een pak kaarten voor de grote kinderen uit mijn tas.

 

Eind goed al goed smaakte nog nooit zo lekker. En morgen gaan we weer. Om 14:00 uur.

Door: May-Britt Mobach

Afbeelding van May-Britt Mobach