Schoenzetten met mijn dochter (5)

 

‘Mamma, hebben wij een schoorsteen?’

 

 

 

‘Ja liefje, we hebben twee schoorstenen! Kijk maar, eentje naast de keukendeur en eentje naast de voordeur.’

 

‘Maar er zit geen gat aan de binnenkant…’

 

‘Nee, dat niet…’

 

We hebben ons huis het afgelopen jaar verbouwd en dusdanig verduurzaamd dat er van wat voor gaten dan ook geen sprake meer is. De schoorstenen zijn blijven staan, de ene fungeert nu als doorvoer voor de leidingen van de zonnepanelen, maar van zowel de open haard als de cv-ketel hebben we afscheid genomen en alles is keurig dichtgemetseld en -gestuct.

 

‘Maar hoe kunnen de pieten dan iets in mijn schoen doen?’

 

‘Ik denk dat ze dan gewoon door de deur komen, schatje.’

 

‘Maar die zit toch op slot?’

 

‘Ja, maar de sleutel zit toch in het sleutelkluisje?’ – Ook zo’n handig overblijfsel van de verbouwing, een laatste spoor dat de aannemer nog moet wissen.

 

‘Maar mamma, de voordeur kraakt en dat hoor ik echt wel in de nacht!’

 

‘Liefje, als jij slaapt kunnen wij op vol volume seizoen zes van Better call Saul kijken, waarin Mexicaanse drugsbendes elkaar met machinegeweren te lijf gaan, zonder dat jij het merkt. Dus ik denk niet dat je wakker wordt van een sluipend pietje dat heel zachtjes de deur opendoet.’

 

Dat laatste zeg ik niet letterlijk zo, maar het is wel de waarheid: je zou de hele Club van Sinterklaas met stoomboot en O-zo-snel en al de slaapkamer van onze dochter in kunnen laten varen, en ze zou er dwars doorheen slapen.

 

Er gaat een tekening in een laars op de mat. De tekening is ook een soort verlanglijstje met 1 ding: Magic Mixie, iets waarvan ik niet weet wat het is, maar Sinterklaas vast wel.

 

Ze heeft het gezien in het glossy reclamecadeauboek van een online-Sintwarenhuis. Aha.

 

Ze wil het ook voor haar verjaardag. ‘Of voor Sinterklaas, dat maakt niet uit.’ Haar letterlijke woorden. En ook: ‘Het maakt niet uit of het duur is, mamma, want Sinterklaas hoeft het niet te kopen.’ Ik: ??? Zij: ‘Nee, want die heeft alle cadeautjes al.’

 

Na langdurig en oorverdovend zingen (‘… hoe waaien de wimpers…’) en iets minder uitgebreid tandenpoetsen, als ze eindelijk in bed ligt:

 

‘Mamma, bestaat Diebertje Blok echt?’

 

 

Door: Madeleen Kooi-Driessen