Hoe zit het nou met die 10.000 stappen per dag?

 

Feit of fabel?

 

 

 

Hoe meer stappen er op mijn teller staan, des te fijner. Mijn app geeft dag-, week-, maand- en jaargemiddelden aan. Afgelopen maand scoorde ik op 11 april het hysterische aantal van 21.300 stappen, terwijl ik in het laatste kalenderjaar op een gemiddelde van 7.058 stappen ofwel 4,6 km per dag kwam. Maar in werkelijkheid zijn het er meer. Meer stappen, meer kilometers. Want alle stappen in huis – best veel! – leg ik af zonder telefoon. Boodschappen sjouwen doe ik ook vaak zonder telefoon en ‘s ochtends heel vroeg bij de aftrap van mijn door-de-honden-moet-ik-wel-of-ik-zin-heb-of-niet-regime laat ik de telefoon ook thuis.

 

Ergo: aan die 10.000 stappen per dag kom ik echt wel. Tel daarbij op alle oefeningen voor buik, armen, benen en billen – gemiddeld vier keer per week ongeveer een half uur – en leg mij maar eens uit hoe mijn lichaam het überhaupt nog presteert om vet op te slaan en vast te houden.

 

Gekkigheid natuurlijk. Wandelen is goed voor je gemoedsrust en gezond voor hart en vaten en 10.000 stappen zijn heus niet niks en zetten heus wel zoden aan de dijk, maar als je echt wilt afvallen en spierbundels en een sixpack wilt kweken moet je je in het zweet werken, afzien en tot het gaatje gaan en daar kan ik gemiddeld genomen de puf net niet voor opbrengen.

 

Terug naar die stappentellers dus. Hun standaardinstelling is op 10.000 stappen per dag gezet en wereldwijd stappen mensen verwoed voort, hunkerend naar dat magische eindcijfer voordat de klokke twaalf keer slaat. En dat allemaal dankzij ene Japanse dokter Hatano die in 1964 een eenvoudig rekensommetje maakte, waarbij hij stelde dat de mens gemiddeld 6.000 stappen per dag zet, daar een half uur wandelen aan toevoegde, dat afrondde naar een mooi rond getal en daarvoor een stappenteller liet fabriceren.

 

Een recente studie, waarover in maart dit jaar werd gepubliceerd in The Lancet, nam Hatano’s 10.000 stappen na al die jaren nog eens onder de loep. De studie boog zich over vijftien onderzoeken waarin bijna 50.000 mensen uit vier continenten betrokken waren. En wat bleek? Voor ouderen vanaf zestig jaar zijn 6.000 tot 8.000 stappen al voldoende om de kans op sterfte te verkleinen. Voor mensen tot zestig jaar zijn 8.000 tot 10.000 stappen genoeg. Oefentherapeut Thea Kooiman promoveerde in Groningen op onderzoek naar zelfmeet-technologie. Zij adviseert elke dag een half uur te bewegen (wandelend is dat zo’n 3.000 stappen) en de rest van de dag niet al te lang achter elkaar stil te zitten, om al doende, zonder dat je erg in hebt, zomaar 8.000 stappen aan te tikken. Waarbij ze nog wel zegt dat méér mag, omdat meer bewegen hoe dan ook gezond voor je is.

 

Goed bezig!

 

Bron: NRC

 

 

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.

Afbeelding van Brigitte Bormans