Het stel stumpers kreeg zelf de schrik van hun leven

 

Toen ze bovenop elkaar knalden op de vluchtstrook

 

 

Ik reed op de snelweg, waar ik – als het mee zou zitten – over twee uur de afslag ‘thuis’ kon nemen. Dat werkte net even anders vanwege een omgekiepte vrachtwagen en dus file. En zodoende ruim een uur langzaam rijdend tot stilstaand verkeer. Dat is wat. Voor sommigen.

 

File
Ik koekeloerde wat om me heen, belde met mensen die ik eigenlijk al heel lang moest bellen, maar waar ik geen zin in had, at een appel en trommelde wat met mijn vingers op het stuur. Gaap. Loeisaai, maar het was wat het was. Vond ik.

 

Loeiende sirenes
In tegenstelling tot de meneren die ik vanuit de verte hoorde aankomen met loeiende sirenes. Het gapen verging, want je zit toch meteen rechtop, kijkend in de achteruit- en zijspiegel naar wat komen gaat. Nog meer ellende?

 

Opgeschoten jeugd
Het bleken ellendelingen! Sturend in een Mercedes uit het jaar nul en een Volkswagen Golf GTI met dubbele knalpijp sjeesden ze ons – brave filerijders – rechts, over de vluchtstrook voorbij. Mét loeiende sirenes op het dak en de ellebogen hangend uit het raam. Het leek net echt. Maar het bleek opgeschoten jeugd, dat dacht de file op deze manier te slim af te zijn. Dacht!

 

Te snel
‘Eikels! Rotvolk!’ schold ik. ‘Het lachen vergaat jullie nog wel. Ooit.’ Hoopte ik. Je zou toch meteen 112 bellen om door te geven dat – ter hoogte van paal nummer nog wat – een zooitje ongeregeld zwaar de wet overtreedt? Maar zo snel als ze van zich lieten horen, zo ras waren ze ook alweer uit beeld. En dus viel er niets te bellen of aan te geven.

 

Nu echt
Ik was blijkbaar niet de enige die zich hieraan kapot ergerde. Ergens moet er een mede-filenaar zijn geweest die wel in z’n mobiel klom. Want krap vijf minuten later keek ik weer alert in de achteruit- en zijspiegel. Wederom opgeschrikt door loeiende sirenes. Nu waren het echte, van een politiewagen en ambulance die over de vluchtstrook vlogen.

 

Net goed!
Het zou toch niet? Nog een ongeluk? Dat was zo. Want van langzaam rijdend stonden we weldra weer stil. Met dank aan het stel mafkezen in hun Mercedes en Golfje, waarvan de laatste blijkbaar nog nooit had gehoord van ‘afstand houden’. En daar stonden ze; de verlate pubers, met hun schoudertjes omlaag en hun bumpers zielig en volledig in de puinpoeier omhoog. Op de vluchtstrook, waar wellicht hun rijbewijzen acuut werden ingetrokken, vanwege schandalig gedrag.

Net goed. Stelletje stumpers.

 

 

Door: Jolanda Groothuis

Jolanda Groothuis is als tekstschrijver in een mannenwereld wel goed gelukt. Of ze de lezers van Franska weet te boeien zal vanzelf blijken. Deze (meestal) nuchtere Twentse woont op het platteland. De sociale controle waardeert ze, tot op zekere hoogte. Maar ze is wars van roddel en achterklap.

Afbeelding van Jolanda Groothuis