Het is wat het is

Ik werd onlangs voor het eerst behandeld als “oudje”. En dan meteen maar als oudje dat niets meer van deze wereld begrijpt.  

 

 

Ik had een discussie met een jongeman over ‘je aanpassen aan situaties’. Iets wat ik vaak een betere oplossing vind dan voortdurend aandacht vragen voor (al) je problemen, en dan gaan zitten wachten tot een ander zich daaraan aanpast of ze voor je oplost. En dat begon met zijn opmerking over het feit dat vaccineren ‘nogal dom’ was.

 

Hoezo, wilde ik weten.

 

‘Nou, ze weten nog steeds niet of het vaccin invloed heeft op vruchtbaarheid,’ legde hij uit, ‘dus u heeft makkelijk lullen, want u wilt waarschijnlijk niet meer zwanger worden!’

 

En daarin had hij natuurlijk gelijk. Ik zou erg opzien tegen weer onderbroken nachten. Omdat ik door ouderdom (en door al eerder doorstane persweeën) nu ineens tig keer per nacht moet plassen, krijg ik al zo weinig slaap. Ik moet er niet aan denken dat ik dan ook nog een baby moet voeden. En voor die baby zou ik de aanblik van de al wat hangende voedselvoorraad ook een jammerlijk begin van het leven vinden. Nee, dan… En toen onderbrak ik mezelf om gewoon naar de site van de Rijksoverheid te verwijzen. Dat gaat veel sneller. Want daar kun je lezen dat het vaccin géén invloed heeft op vruchtbaarheid. 

 

‘En trouwens,’ wierp ik daar nog achteraan, ‘heb je gelezen dat er nu juist méér kinderen worden geboren? En dat dus zonder allerlei medische ingrepen! Misschien dat rust en regelmaat toch méér voor je doet dan al gedacht.’

 

En toen zag ik hem zuchten. Rust en regelmaat?! … Oud wijf.

 

‘Toch weet je het nooit zeker,’ wierp hij tegen. ‘Pas over een paar jaar weten we écht of het vaccin geen invloed had.’

 

‘Da’s waar,’ gaf ik toe. ‘Maar dat geldt ook voor andere dingen. De auto bleek achteraf ook best gevaarlijk. Ga je dan nooit meer oversteken? Want stel je voor dat er zo’n zelfdenkend exemplaar aan komt. En dat die toch niet zo goed kan nadenken als meneer Musk ons belooft. Wat dan? Of lachgas en appen op de fiets? Ook gevaarlijk! En dat is al aangetoond hè! Doe je dat nu dan ook niet meer?’

 

‘Appels met peren’, zuchtte hij toen. Waardoor ik me plotseling voelde zoals mijn oma. Wanneer zij iets zei wat totaal niet verenigbaar was met de huidige tijd, zuchtte ik ook. En nu werd ik dus zelf zo behandeld. Best confronterend.

 

Maar ik blijf vinden dat je aanpassen aan situaties vaak beter is dan maar blijven vragen om aandacht voor je leed en tegelijkertijd niet willen meewerken aan een oplossing daarvoor. Iedereen wil nu steeds aandacht voor zijn of haar “unieke” ellende, maar we kunnen nooit bij de één iets oplossen zonder bij de ander iets te veroorzaken. Uitzichtloos dus.

 

Jongeren raken nu depressief omdat ze binnen moeten blijven en weinig sociale contacten kunnen hebben. Maar zij hebben de rest van hun leven nog voor zich. Het “sociale” komt weer terug zodra dat virus onder controle is, lieverds! Terwijl de ouderen zonder toekomst nu alles echt kwijt zijn. En de jonge mensen bij wie kanker nu uitzaait, ook. Omdat er wéér behandelingen moeten worden afgezegd!

 

En wat dacht je van mijn generatie “oudjes”? De generatie die eerst voor de kinderen moest zorgen, en nu weer voor de ouders. Of voor die twee tegelijkertijd?! Want bejaardenzorg bestaat ook al niet meer, en wij moeten nu veel langer voor onze kinderen klaarstaan dan onze eigen ouders moesten. Terwijl we ook nog eens langer moeten werken. Pffff. En we moeten (mee)financieren, helpen verbouwen en ook nog oppassen. Dus niks reizen, feesten en relaxen nu het eindelijk (nog) kan.

 

Maar wij passen ons gewoon aan. Zijn we nog gewend van vroeger. Eerst moest dat ván onze ouders, en nu weer vóór onze kinderen en tégen een virus.  

 

‘Het is wat het is’, zeggen wij dan.

 

En zijn wij dan dom en naïef?

 

Dat kan.

 

Maar hoe we daarmee dan zo ver gekomen zijn?

 

 

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke