Ik zie beren

 

 

Je krijgt een mailtje dat je bij de directeur moet komen. Dus wat denk je? Oh help! Ik vlieg eruit.

 

Je wordt met z’n allen naar een vergaderzaal geroepen. Wat zeg je tegen elkaar? ‘Jongens, dit belooft niet veel goeds.’

 

Je baas wil je aan het einde van de dag even spreken. Loop je je de hele dag van alles in je hoofd te halen.

 

Toch?

 

Heb je er ooit van gehoord? De RET-cursus? (Rationele Effectiviteits Training). Was een tijdje heel populair. Zo ongeveer iedereen bij ons in het bedrijf  ging daarnaartoe. Had te maken met het feit dat je vaak beren en olifanten ziet, terwijl je geen enkel idee hebt of die er ook zijn. En als die er al zijn, zijn het misschien ook weer hele andere beren dan je kunt verzinnen.

 

In twee dagen leerde je dat het geen enkel nut heeft om die beesten erbij te halen, want alles pakt toch anders uit dan jij kunt bedenken. Er zijn mensen die dat van nature beheersen, maar blijkbaar hebben de meeste mensen een soort ingebouwde horror-machine die meteen van alles verzint en de vreselijkste scenario’s in je hoofd weet te planten.

 

Ikzelf ben nooit naar die training geweest. Ik dacht altijd: ik lees het boek nog wel een keer (heet ‘Beren op de weg, spinsels in je hoofd’) en ik had trouwens van horen zeggen ook al begrepen wat het inhield. Dus echt nodig was het niet voor mij.

 

Dacht ik

 

Totdat er iemand van m’n redactie naar die cursus was geweest en bij terugkomst verslag deed. ‘Nou, het begon meteen al heel erg vervelend. We kwamen die ochtend aan en kregen de opdracht om in groepjes van twee en heel nieuw tijdschrift te bedenken en dat moesten we dan bij het diner die avond presenteren aan de directie en de drie belangrijkste hoofdredacteuren. Die zouden daar speciaal voor komen. Als ze dat nou eens eerder hadden gezegd, dan hadden we iets mee kunnen nemen. Er was helemaal niets, geen papier, geen stiften, geen laptop. En we hadden alleen de eerste twee uur de tijd, want de rest van de dag zouden we besteden  een een ander onderdeel van de cursus. Vette stress dus.’

 

Ik hoorde dat aan en dacht meteen: Die zijn dus echt niet lekker, die types van die cursus. Waarom hebben ze míj niet gevraagd om daar die avond bij te zijn? Sinds wanneer hoor ik niet bij de belangrijkste hoofdredacteuren? Ze zullen wel weer die en die en die hebben gevraagd. Stelletje oelewappers.

 

Enfin. Verhaal ging verder. Toen ze die avond met hun spullen naar het diner gingen kregen ze een toespraakje van de cursusleider die vertelde dat er helemaal geen directie of hoofdredacteuren zouden komen, maar dat dit nou een goed voorbeeld was, van wat jij allemaal in je hoofd haalt, als je hoort dat je iets aan je directie moet presenteren.

 

Geen directie, Geen hoofdredacteuren? Oeps. Wat ben ik zélf een ontzettende oelewapper zeg! Ik stink er gewoon met open ogen in. Of misschien was ik toch ook wel weer niet zo dom? Ik had door even te vragen hoe de cursus was, toch maar mooi twee dagen uitgespaard, want ik had zomaar in minder dan tien minuten de beste les van de eeuw gehad. Dankzij m’n eigen beren. Een les die ik nooit meer vergeten ben. Ha!