Poezenpak

 

 

Als Flo slaapt op een tijdstip dat ze normaal gesproken met behoorlijk wat decibellen haar moeder verwelkomt, is er wat aan de hand.

 
Ik bel aan. Bij mijn eigen huis. Niet omdat ik mijn sleutels ben vergeten (wat gezien mijn soms ietwat ongeordende karakter heus tot de mogelijkheden had behoord), maar omdat het ons thuiskomritueel is. Ik bel drie keer, wacht twee seconden en krijg dan een decibel-lawine over me uitgestort. ‘Mama is THUIS! Flo, mama is er!’ en het immer poëtische ‘Ik blijf in jou geloven, mama’ van jongste meisje.

 

Nu hoor ik niks. Ik zet de grote tas met griezelkleding die ik tussen twee afspraken door voor ze heb gekocht op de grond. Het thema van de kinderboekenweek is gruwelijk eng dus ik ben de H&M in gehold om vleermuis-gear in te slaan. Een onesie poezenpak schreeuwde Flo haar naam. Vooral het staartje zou ze vast heel leuk vinden.

 

Mijn moeder (die oppast) doet de deur open. Haar vinger op haar lippen. ‘Ssst. Iggy slaapt. En Flo ook.’ Als Flo op dit tijdstip slaapt, is er iets aan de hand. ‘Ik heb haar een slaapsnoepje gegeven. Ze was wat druk.’ Mijn moeder doet haar best optimistisch te klinken maar het lukt haar niet. Mijn vader zit op de bank. Stil.

 

Hoe de middag was geweest, wil ik weten. Matig, is het antwoord. Zeer matig. Eigenlijk vrij slecht. Eigenlijk best behoorlijk slecht. Mijn vader kijkt voor zich uit. Wat ze dan deed? Ik ga zitten op de bank, dan kan ik slecht nieuws beter incasseren. Voeten op de grond, rug recht. Er was gegild. Geschreeuwd. Het bakje met de geschilde appel was op de grond gegooid. Haar toespreken werkte niet. Middelste en jongste meisje konden niet spelen met hun vriendin. Flo had alles overstemd.

 

Een klein melatonine-pilletje maakte het verschil. Ze werd rustig en viel uiteindelijk in slaap. Ik adem diep. Het liefst ben ik altijd bij mijn meisje. Vooral op dagen als deze. Een knuffel, een kus. Maar ze staan nu eenmaal niet in de agenda, deze dagen.

 

Ik adem een paar keer diep. Kijk naar mijn middelste meisje dat lief naast me zit te spelen op haar iPad. Of ze het vervelend had geworden. Dat zij er geen last van had. Maar dat Flo echt Heel Irritant was geweest.

 

‘Máma! Ik hou van jou, mama.’ Hoe zou je niet van dit meisje kunnen houden?

 

Ik loop zachtjes naar boven. Poezenpak in mijn linkerhand. Onder de kier van de deur komt een zacht snurkje me tegemoet. Als ik de deur van mijn slaapkamer open, zie ik mijn meisje. Op de grond ligt ze te slapen. Naast ons grote bed, tussen haar zee van knuffels. Onder haar blauwe snuggle-dekentje. Als ik haar kus, wordt ze wakker. Net als de prinsessen in haar lievelingssprookjes. ‘Máma! Ik hou van jou, mama.’ Hoe zou je niet van dit meisje kunnen houden? Ze staat op, wil met me mee, maar is te moe. Ze krult zich op aan het voeteneind van mijn bed. Daar ligt ze. Slapend, wachtend, wakend. Ik kus haar sappige, zachte wangetje zo lang en diep tot mijn neus er bijna in verdwijnt. Het poezenpak drapeer ik over haar lieve lijfje. Ik denk aan de woorden van mijn geliefde. Aan de afgrond bloeien de mooiste bloemen. Morgen wordt sowieso stukken leuker dan vandaag.

 

  

May-Britt Mobach is hoofdredacteur van Amayzine.com, voor Franska.nl schrijft ze over haar bijzondere gezin.

Fotografie: Esmee Franken, visagie: Linda van Iperen, haarstylist: Mandy Huijs