De Daredevils

 

Ken je ze? Van die mensen die alles durven? Die precies doen wat ze zelf willen en zich nooit bekommeren om wat anderen daarvan zouden kunnen denken. Zo knap!

 

 

En sommigen slaan door hoor. Dat zie ik ook wel. Soms zijn mensen zo overduidelijk bezig met van alles durven, dat het showen van dat feit een doel op zich is geworden. En dan vind ik het weer een beetje zielig. ‘Kijk mij eens gek doen’, lijken ze dan te willen uitstralen. En dat is dan ook precies wat ik denk.

 

Maar iets tussen dit soort figuren en mezelf in zou ik graag willen zijn. Ik durf namelijk niks zonder de goedkeuring van heel Nederland. Ik loop voortdurend na te denken wat anderen ergens van zouden kunnen (gaan) vinden. Ik had een vader bij wie je nooit wist waar je aan toe was, en heb als kind geleerd om de hele dag de sfeer te scannen en meteen dingen aan te passen indien nodig. En daar kun je dus in doorslaan, zo is me later uitgelegd.

 

Maar ja, leer het dan maar weer eens af. Als iemand bij mij komt eten en niet de hele maaltijd blij kijkt, denk ik dus dat ik niet kan koken en dat ik na het eten de klos ben.

 

Maar dat is nog wel te hanteren hoor. Dat kun je nog oplossen door een cateraar in te schakelen. Het is dan wel duur om je angsten te managen, maar het bezorgt mij dan wel een heel relaxte avond en dat is ook wat waard. Ik ben de hele dag al bezig met wat goed en niet goed is. Met wat mag en niet mag. Dus soms gun ik mezelf even rust.

 

Kijk, ik ben niet zozeer onder de indruk van wat de buurvrouw van mijn nieuwe auto vindt. Maar wel van haar mening over hoe ik die parkeer. Als buurvrouw Truus dus constateert dat mijn auto een ietsepietsie scheef staat – waarmee ik het uitzicht uit de linkerbovenhoek van haar zolderraam zou kunnen blokkeren – dan ga ik voortaan twintig minuten steken in het kaarsrecht wegzetten van mijn auto. Stom, hè? En ook bij alle verdere parkeeracties, waar ter wereld ook, ben ik me voortaan erg bewust van wie er last zou kúnnen hebben van mijn parkeerskills. En dat maakt het leven soms knap lastig!

 

Ook voor iemand die naast me in de auto zit, trouwens. Is het niet te warm of te koud? Rij ik niet te langzaam of te snel? Vindt hij de muziek wel leuk, of kan ik de radio beter uitzetten? Of nee! Dan wordt het weer zo stil! En dat vinden mensen soms ongemakkelijk. Dat gaat in mijn hoofd allemaal al vooraf aan dat parkeren.

 

Maar ik ga vooruit, want ik doe nu aan exposure therapie! Dat is eigenlijk een ingrijpende therapie voor mensen met PTSS, maar je kunt hem ook toepassen bij kleine problemen. Voorzichtige blootstelling aan wat je eerder zo bang maakte, is dan de truc. Door er onder veilige omstandigheden mee geconfronteerd te worden, leer je jezelf dan dat de gevolgen meestal wel meevallen. Je vertelt je brein dus eigenlijk een nieuw verhaal. Je bent ooit gebeten door een hond, maar doorgaans gebeurt er niets als je er weer een tegenkomt.

 

Zoiets. En dan kan een angst soms langzaam gaan verdwijnen.

 

Nu moet ik dus leren om iets op mijn eigen manier te doen (of te laten), zonder (op voorhand) al bang te zijn voor een eventuele mening of reactie van anderen. En vandaag is dat heel goed gelukt!

 

Ik trok vanmorgen mijn sokken aan en zag meteen dat ik iets “verkeerd” deed. Er staat namelijk een L en een R op de bovenkant, maar de L zit nu aan mijn rechtervoet en de R zit dus links.

 

En tóch heb ik het zo gelaten! Goed, hè? Vroeger had ik ze omgeruild, maar nu zit ik stiekem trots te wezen op iets wat niemand kan zien, maar ik wel weet.

 

Ja, je moet klein beginnen, toch?

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke