‘Een paar kinderen met een alpaca,’ verzon Monique en er kwam prompt een boer aandraven met een guitige alpaca aan een touw. Het dier nam de benen zodra het touw werd losgemaakt en hij vond het duidelijk enig dat wij hijgend achter hem aanholden. De kinderen lagen dubbel. Uiteindelijk liet hij zich de fototent inlokken met hooi en een versnapering. Toen wilde hij niet eens meer weg. Wij pakten allemaal ons alpacamoment en gingen met hem op de foto. Ik ben mijn foto kwijt, moet ik Monique toch nog eens naar vragen… Het idee was leuk, de foto’s met het dier minder geslaagd. Moet je ook niet willen, een alpaca als fotomodel. ‘Duiven,’ bedacht Monique toen, ‘om de vrede uit te beelden.’ De eigenaar van de alpaca leverde een zak met twintig duiven en aan Monique de taak om het moment te schieten waarop de duif bijna uit de handjes van Maria vloog. Bij de twintigste en laatste duif had ze hem. Nog steeds vinden we het een prachtige foto.
Mensen vragen mij vaak wat wij het weekend gaan doen. Alsof je steeds iets zou moeten doen. Wat is er mis met je fatsoenlijk een potje te vervelen en je gedachten alle kanten op te laten vliegen? Daar kunnen mooie dingen uit voortkomen. Zoals het besluit nemen dat je lekker niet naar het mopshondjesfestival gaat en dat je al helemaal niet gaat wandelen met alpaca’s. Die dieren willen dat helemaal niet. Je hebt een taalprobleem én je mag niet eens spugen. Niks aan.
Weekendinvulling: wandelen met alpaca’s of een mopshondjesfestival bezoeken, in plaats van je lekker te mogen vervelen