You look great today

 

You look great today, lees ik op een bordje dat aan een lantaarnpaal is bevestigd, in een deftige straat aan het Museumplein.

 

 

Nou, bedankt, maar nee en helaas; I don’t look great. Ik ben nog maar net uit het zwembad geklommen en mijn natte haar piekt over mijn onopgemaakte gezicht als ik onderweg ben naar het grasveld om mijn hond te laten plassen. Ik draag mijn afgetrapte Uggs, een joggingbroek met gat en een weinig sexy regenjas omdat het miezert. Voor wie, door wie en met welk doel is dit bord neergezet? En waarom in het Engels?

 

 

Vanzelfsprekend wordt het plein het grootste deel van de dag bezocht door mensen die van heinde en ver komen om Van Gogh, Rembrandt en Appel te bewonderen. En ja, die toeristen spreken eerder Engels dan Nederlands. Is dit een aardige manier om ze te begroeten? Toeristen zijn steeds minder welkom in Amsterdam. In de 27 jaar dat ik er woon, erger ik me ook steeds vaker aan de hordes die doodleuk midden op het fietspad slenteren terwijl ze elkaar een stinkende joint doorgeven.

 

 

Maar de rijke expats die in mijn buurt huizen kopen waar ze maar de helft van de tijd verblijven, of de huurprijzen opjagen waardoor de verpleegkundige en de juf van de buurtschool hier onmogelijk meer kunnen wonen, vind ik nog irritanter. Noem me kleinzielig of zuur maar ik vind het stom dat ze nooit proberen een brood of een kopje koffie in het Nederlands te bestellen.

 

 

Steeds meer mensen die een gezin willen stichten trekken weg uit Amsterdam, kopte het Parool deze week. Vanwege die onmogelijke vierkante-meterprijs maar ook omdat ze sociale cohesie in hun buurt missen. Ik heb geluk, in de goeie tijd heb ik een huis kunnen krijgen en ik woon er met dankbaarheid en plezier. Maar ik ga ervan uit dat mijn kinderen hier nooit meer terug kunnen komen.

 

 

Zondag was ik in Rotterdam om mijn marathonlopende broer aan te moedigen. Langs de kant stonden joelende en klappende mensen die niet alleen hun eigen vrienden maar alle deelnemers die laatste kilometers een hart onder de riem wilden steken. De vele Rotterdamse vrijwilligers maakten grapjes en hoefden niet streng te zijn om de orde onder al die enthousiaste toeschouwers te bewaren. Achter ons speelde een bandje van muzikanten met een verstandelijke beperking een vrolijk staaltje nederpop. Het was een frisse maar hartverwarmende lentedag waar de sociale cohesie van afspatte.

 

 

In de podcast die Edwin Evers met de koning maakte liet ons staatshoofd zich ontvallen dat zijn hart voor Ajax klopt. Het leek me een slip of the tongue, zeker nu Rotterdam de koninklijke familie zal ontvangen op 27 april. Maar op basis van mijn ervaring van zondag verwacht ik hier op Koningsdag eerder goeie grappen over dan chagrijn.

 

 

Opeens bedacht ik dat het bordje aan het Amsterdamse Museumplein misschien niet bedoeld was voor de mensen maar voor het museumkwartier zelf. Ik hou van de stad waar ik woon maar zondag hield ik misschien voor eventjes iets meer van Rotterdam. You looked really great that day, zou ik tegen deze stad en zijn sportieve inwoners willen zeggen, met tientallen spreekwoordelijke bordjes die ik in mijn fantasie plant tussen de gebouwen van de wederopbouw.

Door: Redactie Franska.nl

Afbeelding van Redactie Franska.nl