Witte­broods­weken

 

Zes weken duren ze, deze wittebroodsweken. Zes weken samen in een vacuüm van onschuld en onwetendheid.

 

Het heeft een paar dagen nodig gehad om wortel te schieten, maar vandaag dringt het door. Ik kijk voor het eerst op mijn klokje als het al half acht is; een latertje vergeleken met de laatste weken. Hond Jip weet het precies, wanneer ik wakker ben. Dan staat ze op van waar ze zich op dat moment ophoudt en dribbelt zacht kwispelend onze slaapkamer binnen.

 

‘Hé vriendin,’ fluister ik, ten teken dat ze eventjes op bed mag. Op het tafeltje naast me staat mijn bruidsboeket. Omdat de dag al lang en breed in de lucht is, kan ik de contouren ondanks de rolgordijnen haarscherp onderscheiden. Ze waren een verrassing, deze bloemen. Zelf had ik geen moment aan een boeket gedacht, maar ik snapte de symboliek meteen. Want mét bloemen voelde ik me meteen veel meer bruid dan met lege handen, en met alle bossen en boeketten die de dagen erna werden bezorgd, voelde ik me zelfs een beetje koninklijk.

 

‘Het leven biedt weinig zekerheden. Jullie zijn de gelukkige uitzondering!’, staat er op één van de kaartjes.

 

Zijn wij zeker van elkaar? Jazeker! Deze stap was een logisch volgende op wat er al was en nu het besef doorsijpelt, hier met hond Jip naast me, op een gewone maandagochtend thuis in mijn bed, wordt mijn hart blij en licht en als ik even later opsta, is dat met de geruststellende zekerheid dat de liefde mij heeft gevonden en ik haar heb omarmd en misschien is dat ook wel de enige juiste typering voor een bruid in haar wittebroodsweken.

 

Zes weken duren ze, deze wittebroodsweken. Zes weken waarin we ons de luxe van witte boterhammen mogen permitteren. Zes weken waarin we door niets en niemand gestoord mogen worden. Dus geen bezoek over de vloer, geen colporteurs aan de deur en geen telemarketeers aan de lijn. We moeten genieten nu het nog kan. Want het leven gaat niet over rozen, dat is ons goed genoeg ingepeperd door onze ouders. Deze zes weken zonder zorgen zijn bestemd om elkaar beter te leren kennen, de accu alvast op te laden voor de huwelijkse plichten die wachten en de kinderen die er komen moeten. Zes weken samen in een vacuüm van onschuld en onwetendheid.

 

‘Wat ben ik blij dat we in deze tijd leven’, zeg ik tegen mijn nieuwbakken echtgenoot terwijl ik een fruitshake sta te mixen en een cappuccino maak.

 

‘Huh?’ Hij heeft nog evenveel tijd nodig om wakker te worden als voordat we getrouwd waren.

 

‘Ja. Die wittebroodsweken van vroeger. Daar moest ik aan denken. Stel je de ellende eens voor. Zo groen als gras uit het ouderlijk huis regelrecht het huwelijk in. Wat een trauma zeg!’

 

‘Mag ik eerst even wakker worden?’

 

‘En weet je waar ik ook blij om ben? Om alles wat we al weten, hebben ervaren en meegemaakt. Dat we het wiel niet meer hoeven uit te vinden, onszelf niet meer hoeven uit te vinden en elkaar niet meer hoeven uit te vinden. Het heeft zo zijn voordelen, ouder zijn en niet voor de eerste keer trouwen. Je weet per slot van rekening waar je aan begint.’

 

 

Door: Brigitte Bormans

Brigitte werkte jarenlang als culinair journalist en schreef twee kookboeken. In 2004 werd ze directeur/eigenaar van Erfgoed Logies. Maar zonder schrijven kan ze niet. Gelukkig zag Franska wel iets in haar columns, kwam van het een het ander en mag er nu ook over andere zaken worden geschreven.