Wiekes Boekenclubje: Carmien Michels – Vaders die rouwen
Carmien Michels, wat een multitalent. De Vlaamse schrijfster (1990) won in 2016 het Europese kampioenschap Poetry Slam en ontpopte zich vervolgens als een zeer getalenteerde romanschrijver.
Nooit gehoord van Poetry Slam? Dat is een live dichtwedstrijd voor een publiek en een jury. Bij Poetry Slam draagt de dichter eigen werk voor, waarbij alles telt, dus niet alleen de inhoud van het gedicht maar ook het ritme van de voordracht en de humor.
In 2013 verscheen Carmiens romandebuut ‘We zijn water’. Zeven personen van een Vlaamse gemeenschap zijn om beurten aan het woord. Van elk kom je grote geheimen te weten: de tiener Elena droomt over zoenen met de buurvrouw, Maddy kan praten maar zwijgt nadat zij haar echtgenoot heeft vermoord. Ook van de andere vijf maak je de intiemste gedachten mee. Langzaam raken de levens van de zeven personen verweven met elkaar; omdat je als lezer hun geheimen kent, hangt er een constante dreiging boven deze levens.
Verbazingwekkend dat een toen zo jonge schrijfster zo overtuigend een caleidoscoop aan levens beschrijft. Wat deze zeven levens verenigt is de eenzaamheid en de zoektocht naar liefde.
Twee jaar later verscheen ‘Vraag het aan de bliksem’. De hoofdpersoon is Danny, de eerlijkste jongen van de wereld (zegt hij zelf). Zijn voornaamste drijfveer is behulpzaamheid, waarbij hij soms wel een beetje overdrijft, in ieder geval overleeft de hond van de buren zijn drang om het mensen naar de zin te maken niet.
Het is, zoals dat heet, een coming-of-age-roman; je volgt een jonge jongen op weg naar volwassenheid. Geboeid blijf je Danny op die weg volgen, zeker ook vanwege de wijze waarop hij zijn oververmoeide ouders beschrijft, met mededogen, met humor en met leedvermaak.
Alsof Carmien Michels aan twee talenten niet genoeg had, publiceerde zij in 2017 een gedichtenbundel, ‘We komen van ver’.
En vorige maand verscheen haar eerste bundel korte verhalen, ‘Vaders die rouwen’. Er was en is geen gebrek aan aandacht voor deze bundel. Allerlei kranten waren zeer lovend, gaven de bundel 4 sterren, Carmien werd geïnterviewd in het tv-programma ‘Brommer op zee’ en was te horen op de radio.
Al die lof en al die aandacht is volkomen terecht. Carmien Michels laat met deze zes verhalen zien dat zij ook dit genre beheerst, en hoe! Telkens opnieuw word je een gezin binnengetrokken en leef je eerst met de een en dan met de ander mee. In het eerste verhaal vertelt een dochter over zichzelf (abortus), haar vader (een koloniaal verleden in Congo) en haar zuster (is bezig met een boek over haar vader, waar iedereen met grote angst naar uitkijkt).
Langzaam verschuift jouw beeld als lezer van de vader, steeds meer verleg je jouw sympathie naar hem, maar of dat terecht is?
Het tweede verhaal, ‘Het kippenhok van de buurvrouw’, begint grappig: een volwassen dochter trekt in bij haar slappe, alleenstaande vader. Maar al snel vergaat zowel de lezer als de vader het lachen als de dochter steeds meer ruimte – letterlijk en figuurlijk – opeist. De vader wordt eerst uit zijn eigen slaapkamer verwijderd, vervolgens heeft de dochter ook de andere slaapkamer nodig als studeerkamer en wil zij eigenlijk de badkamer alleen voor zichzelf. De vraag is hoeveel de vader, als hij alleen de tuin nog als zijn woongebied heeft, tolereert van zijn dochter.
In het derde verhaal, ook weer over een vader en een dochter, verandert de sfeer plotseling als zij een ongeluk met een paardentrailer voor zich zien gebeuren.
In ‘De geur van verdrietige mannen’ heeft Hugo de zorg voor zijn terminale vrouw. Haar ziekte heeft haar onuitstaanbaar gemaakt voor haar hele omgeving, tot ook hier een bijzondere wending het verhaal een heel andere kant op stuurt.
Zes verhalen met personen die je bijblijven, lang nadat je het boek hebt gelezen. Verhalen die je verrassen, omdat er telkens als je denkt dat je de situatie goed begrepen hebt, toch een bijzonder addertje ergens verscholen ligt.
Wat een talent, wat een prachtige bundel!!