Waarom trouwen zo leuk is als je al honderd jaar samen bent

 

Oké, niet honderd, maar veertien. Maar toch. Je snapt m’n punt. Na twee huizen, drie kinderen, veertien jaar dikke vette verkering en achtendertig smeekbedes van mijn kant ging De Man dan eindelijk op z’n knieën.

 

Of ik wilde trouwen: JA!! Natuurlijk, duh.

 

Vroegah had ik een ideaalplaatje in m’n hoofd van huisje-huwelijk-beestjes, maar het liep even anders en dus werd de volgorde omgegooid. Eerst een huisje, toen drie beestjes en uiteindelijk dus dat aanzoek. Krap vijf maanden later stapten we in het huwelijksbootje. Wat begon als ‘gewoon met de kids op maandagochtend in de bakfiets naar het gemeentehuis’ eindigde in ‘op een landgoed met 150 man en alles erop en eraan’. Ach, je trouwt maar een keer (als het goed is) en dan kun je het maar beter goed doen. En ja: ik vond het oprecht de aller-, allerleukste dag van m’n leven. Met onze drie bloedjes, beide families en al onze lieve vrienden bij elkaar. Iedereen lachte, danste, dronk en genoot. Dit is waarom ik trouwen na eeuwige verkering zo leuk vond:

 

  1. Zijn vrienden zijn inmiddels ook mijn vrienden. Zijn familie voelt al als mijn familie. En andersom. Met alle aanwezigen hadden we beiden een klik en dus was er geen geruzie over wie wel en wie niet op de gastenlijst mocht staan.
  2. Een hechtere verbintenis dan samen kinderen hebben is er in mijn ogen niet, maar om het echt officieel te maken is een papiertje waar beider handtekeningen onder staan toch wel goud. Nu ik dezelfde achternaam heb hoef ik o.a. bij de huisarts en op school niet meer te zeggen ‘de moeder van’, ben ik niet langer die mevrouw met die andere achternaam, of wanneer we op vakantie gaan de enige met een andere achternaam op het vliegticket. Ik hoor eindelijk bij de club. Yes!
  3. Al die jaren wachten (en hinten, en nog meer wachten en weer hinten) waren het dubbel en dwars waard. We vierden dit feestje echt met het hele gezin. Ik had het niet zonder de kinderen willen doen. Picture this: De Man stond met ons babymeisje in zijn armen vooraan bij het altaar, ik kwam binnenschrijden met onze twee jongetjes aan mij zij. Tranentrekker gegarandeerd. 
  4. En hilariteit alom: de oudste ging bij binnenkomst op m’n sleep staan, de jongste (een baby) ta-ta-ta-de vrolijk door de speeches en geloften heen, en de middelste zat tijdens de ceremonie achterstevoren oogcontact te maken met alle aanwezigen en vroeg zich om de haverklap hardop af of we al gingen kussen en wanneer ‘ie nou taart mocht.
  5. Die ceremonie was daardoor verre van statig of saai, want er gilde en giechelde dus af en toe een kind – zo niet van ons, dan wel van een ander – doorheen. Ik vond dat overigens trouwens niet storend, maar juist gezellig. Het past bij ons.
  6. Ik had mijn inspiratiebord voor het perfecte huwelijk op Pinterest al jaren klaar en dus wist ik op het moment suprême al precies wat ik wel en niet wilde qua styling en eten en hoe De Jurk eruit moest komen te zien. En daarom kon ons huwelijk in raptempo geproduceerd worden.
  7. Ik veranderde daardoor weliswaar ook in een bridezilla, maar dat schrok mijn aanstaande godzijdank niet af. Hij kent me na al die jaren gelukkig goed genoeg om zijn schouders op te halen en rustig door te blijven ademen tot de storm weer ging liggen.
  8. In de dagelijkse sleur zeggen we niet heel vaak tegen elkaar hoeveel we van elkaar houden. Maar hoe leuk is het om elkaar weer diep in de ogen te kijken en te zeggen waarom we ook alweer samen zijn en moeten blijven.
  9. En in die voorbereiding op ons huwelijk hebben we urenlang oude fotoboeken doorgebladerd, herinneringen opgehaald van toen we net samen waren, liedjes van de afgelopen jaren geluisterd en gelachen. Vooral heel veel gelachen.
  10. Tot slot: we mochten samen op huwelijksreis. Lees: legitiem op vakantie zonder kinderen. Afgezien van die paar nachtjes weg per jaar, gaan we eigenlijk nooit meer met z’n tweeën op vakantie. En och, wat was het fijn. 

Door: Philippine Dankelman

Philippine is freelance journalist. Voor Franska.nl schrijft ze over alles wat haar bezig houdt. Ze woont in Haarlem met haar man en hun drie kids. Ze is het liefst op het strand, dol op versgebakken appeltaart en houdt van de kleur wit.

Afbeelding van Philippine Dankelman