Waarom het hebben van een tante het verschil maakt
Mijn moeder woont al een tijdje in een verzorgingshuis en verdwijnt meer en meer in de mist van haar dementie.
Af en toe piept ze weer tevoorschijn en is ze een paar minuten kraakhelder, maar over het algemeen moet ik langzaam afscheid nemen van haar scherpe geest, altijd positieve woorden en heerlijke gevoel voor humor. Het is niet anders.
Gelukkig heeft mijn moeder een boel zussen en deze tantes worden meer en meer belangrijk voor me. Ze zijn de connectie met wie mijn moeder was, en diep van binnen natuurlijk nog steeds is. Met hen kan ik nu herinneringen aan vroeger ophalen, iets wat met mijn eigen moeder helaas niet meer gaat.
Deze tantes kennen mij al vanaf mijn allereerste dag, lijken in een heleboel dingen op mijn moeder en weten wat ik bedoel als ik het over haar heb. Als ik naar ze kijk, zie ik in de trekken van hun gezichten mijn eigen moeder voor me. Hoe fijn is dat. Als een van hen vraagt hoe het met haar gaat, weet ik dat ze alles willen horen. Van de goede en de slechte dagen. Ik weet ook dat ze mij van een afstandje in de gaten houden en als geen ander mijn verdriet delen over het gemis.
Zo appen we af en toe en stuur ik foto’s van mijn moeder als ze een goede dag heeft. Binnen vijf minuten krijg ik dan een berichtje terug dat ze zo blij zijn om hun zus op hun telefoon te zien. Het geeft me altijd weer bakken energie als ik een middagje met een van hen op een terras in de zon oude koeien uit de sloot kan halen. Met een lach en een traan hebben we het dan over simpele dingen van vroeger, die nu zo dierbaar zijn. Dingen die ik met mijn moeder helaas niet meer kan delen, maar via de tantes wel. De weet-je-nogs en de kun-jij-je-nog-herinneren-dats vliegen over tafel en ik dompel me onder in een heerlijk uurtje met de vrouwen die mijn moeder zo na aan het hart liggen.
Deze tantes hebben misschien geen idee, maar oh, wat maken ze het verschil.