Vergeet de dokter niet.
Ik heb het zelfs op mijn hand geschreven. We staan op het punt om in de auto te stappen. Op naar Parijs, naar Disneyland.
Omdat Flo nooit een feestje viert (teveel prikkels, te weinig vriendinnen in de buurt) wilden we voor haar elfde nog eens extra uitpakken. De hoofdmeester boog zijn hoofd toen ik vroeg of ik mijn andere meisjes voor de gelegenheid een dagje eerder uit de banken mocht plukken. Dat mocht. Hij kent Flo tenslotte ook. Ze heeft nog een klein jaartje gekleuterd op zijn school en fleurt het schoolplein regelmatig op als ze haar zusjes komt halen. Veel plezier en rijd voorzichtig, had hij gezegd.
Dus daar gaan we. Ieder een gevuld snoepzakje van Jamin om de tijd te doden, een zakje worteltjes ter compensatie, voor ieder een flesje water en vooral heel veel zin. Maar eerst die dokter dus. Mijn contact bij Disney heeft een speciale pas geregeld. Daarmee mogen we aankloppen bij de rolstoelingangen en omzeilen we de wachtrijen. Wachten voor een attractie is niemands hobby, maar een autistje is er net iets lastiger in. Als ik mijn contactpersoon bel om alles nog even door te spreken, hoor ik haar het woord ‘doktersverklaring’ noemen. Woepsie. Was ik dus vergeten.
Gelukkig heb ik een dokter met de leukste assistente van Nederland, die bovendien altijd opneemt als ik bel (best een unicum, in ieder geval in mijn huisartscarrière wel) en meteen in actie komt. ‘Moet het in het Frans?’ vraagt ze licht geschrokken. Engels volstaat, zeg ik. En dik het maar lekker aan, voeg ik er lachend aan toe. Dat ze daar niet denken: ‘Ach het valt wel mee’, en we alsnog achteraan in die rij mogen.
De enveloppe staat al klaar. Keurig tussen de recepten. Ik wil eigenlijk nog even naar binnen rennen om de assistente te bedanken, maar de auto staat al voor. Met draaiende motor en gillende meisjes. In de auto gris ik snel de enveloppe open. Ik zie stempels en handtekeningen (check), haar naam en drie regels. To my opinion Florence has a serious disorder and autism spectrum problems.
Zo. Al had ik er om gevraagd, toch komt hij even binnen. Dan kijk ik naar de achterbank. Naar de grote, bruine kijkers van mijn grootste meisje dat daar haar verjaardag gaat vieren, en ik denk aan al die enorme rijen waar we straks alleen maar naar wuiven en ik denk aan ons aller Johan Cruyff. Elk nadeel… En zo is het. En dan nu gassen naar Parijs.