Trouw nooit met een L.L

 

 

De hieronder volgende quote is niet van mij, maar van de Engelse auteur-columnist Caitlin Moran.

 

 

De Volkskrant interviewde haar naar aanleiding van haar nieuwe boek ‘More Than a Woman’, een ode aan de overvraagde veertigplusvrouw. Ik ga het zeker lezen, moeten jullie ook doen als het je wat lijkt, maar nu alleen even over die quote. Die blijft bij mij hangen.

 
Haar advies: ‘Trouw nooit met een lul.’ Even op dóórborduren. Nogal wiedes. Waarom zou je met een lul trouwen? Je hebt in je verliefdheid vaak niet in de gaten dat het om een lul gaat. Wat is een lul eigenlijk, behalve een fysiek aanhangsel? Dat is een lastige hoor, want wie op het eerste gezicht een lul lijkt, is dat vaak niet. Mijn moeder vond vriendjes van mijn zus en mij vaak een ‘lulletje rozenwater’ – ik kort het af tot LR, anders gaan de algoritmes van Facebook vervelend doen. En dan wist je wel zo ongeveer dat zo’n jongen de eerstvolgende schoonfamilie-kerstdis nooit zou halen. Een L is een onaangenaam iemand, volgens mij, en een LR een zacht ei dat in wezen best aardig is. Eén zo’n LR schreef onbegrijpelijke haiku’s voor mij. Die jongen was allesbehalve een L, maar hij klopte niet met mij. En ik ook totaal niet met hem. Ik snapte die haiku’s niet en dat vond hij verdrietig. Mijn zus bracht een jongen mee die gympjes droeg. Dat vonden ze bij ons thuis wel een element dat paste bij een LR. Flauw en onaardig, want die jongen was best leuk. Toen ik bij mijn zus logeerde, bracht hij ons de beginselen van yoga bij. De relatie ging uit, want zij had net zomin iets met yoga als ik met haiku’s.  

 
Mijn oma vond mijn vader, haar zoon, ook een LR, omdat hij van mijn moeder moest meehelpen in het huishouden, hoogst ongebruikelijk in 1945. Ben je dan een LR, of juist een toffe gozer? Je bent juist een L als je dat niet doet, toch?

 
Ik denk ineens aan de broer van Herman Finkers, Wilfried. Die komt tijdens een conférence nogal sloompjes het podium op geslenterd en zegt tegen Herman: ‘Mijn moeder zegt dat ik geen lul ben.’ Ik kan er nog om gieren, want Wilfried deed professioneel een LR na.

 
Ik denk dat een doorgewinterde L niets heeft met gelijkwaardigheid als het om de man-vrouwverhoudingen gaat. Die van mij is echt geen LR en zeker geen L. Kennelijk ben ik goed op mijn intuïtie afgegaan. Ik ken inmiddels veel mensen die hun maatje via Tinder hebben gevonden. Niks mis mee, als je maar goed uit je doppen blijft kijken. Want een L, of een LR, dat willen we niet meer. Hoe zouden we eigenlijk een vrouwelijke L of LR noemen? Ik weet wel een paar woorden, maar die gaan het hier niet halen. Ondertussen vind ik de quote van Caitlin er wel eentje om te onthouden. Al komt hij maar stiekem bovendrijven in je brein tijdens eerste ontmoetingen. Als een soort waarschuwende reddingsboei: er is een weg terug, als je maar op tijd inziet dat je met een L te maken hebt. Wie gaat het boek ‘Hoe herken je een L?’ schrijven? Met z’n allen doen?

 

 

 

Door: Wieke Biesheuvel

Wieke Biesheuvel werkte en woonde zes jaar in Zambia, is nu voorgoed terug en probeert het Nederlandse leven weer onder de knie te krijgen. Waarbij ze beurtelings verbaasd, boos, dolgelukkig, verward of blij is.

Afbeelding van Wieke Biesheuvel