De waanzinnige workout van Tineke

 

Gaat sporten nog wel om het sporten tegenwoordig? Het lijkt heden ten dage meer om het concept te gaan, dan om de beweging zelf.

 

Neem nou het hippe hoppen. Hoewel je natuurlijk, qua beweging, een heel eind komt door alle sportscholen lopend in één ochtend af te werken. En dan kun je in de sportscholen zélf gewoon gezellig een bakkie doen, of een shakeje nemen.

 

Je kunt al die beweging trouwens ook op één en dezelfde plek doen, hoor! Je hóeft niet de hele stad door. Er bestaat namelijk ook reformerpilates. Daar doe je alles op de vierkante meter, en je bent daarna evengoed gesloopt.
Het enige nadeel van al dat hippe gedoe is de prijs. Wat een bedragen, zeg! Dat kan volgens mij veel goedkoper.

 

Zal ik mijn workout verklappen?
De warming-up zit ‘m ‘s morgens in het springen over rugzakken die al klaar staan in de gang. Samen met het voeden van de kat (moet ik behoorlijk voor bukken) maakt dat een flinke opwarmer.

 

 

Gedurende de dag kom ik dan vanzelf langs de krachttraining in de vorm van boodschappen. Ik neem elke keer weer te veel mee en sjouw me dan een breuk.

 

Daarna volgt meestal de cardio met de stofzuiger. Vooral als ik het kleed in de huiskamer moet doen, want ik ben de daarvoor bestemde gladde stofzuigervoet kwijt en doe dat dus met een borstelkop. Pfff. Maar met een beetje zingen erbij, houd ik de ademhaling goed in balans.

 

Neem ik daarna nog een paar rek- en strekoefeningen mee door wat onkruid weg te halen in de tuin en vervolgens een paar bovenste plankjes in de keuken schoon te maken. Is alles weer even heerlijk opgerekt!

 

De coolingdown volgt dan achter de strijkplank. De bout is dan wel heet, maar van het stilstaan koel ik dan toch af. Daarna ga ik douchen en sop ik meteen de hele ruimte even uit. Een soort extra calorieënverslindertje. En ik ben daarna dan altijd heel trots (en ontzettend schoon). 

 

 

Mag ik daarna dus een kopje koffie als beloning.

 

En dan ga ik niet op mijn mobiel zitten turen, maar ik staar dan naar buiten. Zo heb ik meteen gemediteerd, en ook dát is reuzegezond.  

 

Vervolgens ga ik nog even langs mijn surrogaat-oma in het bejaardenhuis. En meestal doe ik daar zo’n zelfde rondje nog een keer, maar dan kleiner en het douchen sla ik over. Ik doe dus eigenlijk ook aan sportschoolhoppen. En als je dan weet dat ik ook nog werk, dan vind ik mezelf best knap.  

 

 
Maar ik realiseer me dat dat alleen maar kan omdat oma nog meewerkt. Als zij er niet meer is, dan wordt dat hoppen al lastiger.

 

En ik had natuurlijk ook een oma kunnen treffen die dat helemaal niet nodig heeft. Wat een geweldige dame! (Net als de mijne trouwens, hoor!)

 

En door haar heb ik zojuist besloten dat als ik later groot ben, dat ik dan op waterskiën wil. Want je moet natuurlijk wel blijven bewegen!

 

 

 

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke