Vooruitziende blik

 

Roos: je hebt van die mensen, die van tevoren al bedenken wat ze moeten doen en dat dan ook dóén. Eh, ja. Ik dus niet.

 

Ik was er door een bevriende schrijfster voor gewaarschuwd. ‘De weken rond je boekpromotie zijn enorm hectisch, iedereen wil iets van je. Je wordt echt geleefd.’

 

Ik knikte begripvol maar ik wist: ik word altijd geleefd.

 

Je hebt mensen met een vooruitziende blik. Dat zijn de figuren die ’s avonds hun kleren voor de volgende dag gestreken en wel op een knaapje aan de kast hangen, die een to-dolijstje hebben waar precies op staat welke taak ze wanneer dienen te volbrengen, die hun ‘meals preppen’ (dat is hip in fitgirlsland en betekent dat je een dag van tevoren je gestoomde witte vis al klaarzet in een tupperware bakje als tussendoortje voor de volgende ochtend).

 

Het leven overkomt me. Zelfs zaken die al lang afgesproken zijn, verrassen me vaak totaal

 

Ik heb geen vooruitziende blik. Het leven overkomt me. Zelfs zaken die al lang afgesproken zijn, verrassen me vaak totaal. En dus word ik de ochtend dat ik een Groot TV-interview in een Belangrijk Programma met een Strenge Presentator heb, verschrikt wakker met het besef dat ik net terug ben van vakantie waardoor ik mijn nette kleren uit een berg pas gewassen gekreukeld textiel ter grootte van de Vesuvius dien te plukken, mijn haar zo veel uitgroei heeft dat er een Concorde op kan landen en er twee nagels afgebroken zijn waardoor ik de halve uitzending de zielige stompjes in mijn handpalm moet verbergen.

 

De dag daarna komt er een radiomaker langs die voor een interview een kijkje in één van mijn kasten wil nemen (een dobbelsteen bepaalt welke). En dus race ik als een paniekerige adhd-windhond door mijn huis om allerlei beschamende attributen (nee, ik zeg niet welke) te verstoppen.

 

Dag drie vergeet ik dat ik op de foto moet waardoor een visagiste met een aan waanzin grenzende wanhoop mijn post-sportschoolhoofd en post-sportschoolhaar (denk: Oboema gevangen door een windhoos) dient te fatsoeneren. Op dag vier komt er opnieuw een radio-interviewer bij me. Twee uur lang hebben we een prachtig gesprek. Op een gegeven moment vraagt hij me: ‘Je hebt een boek geschreven over een Vinexwijk waar alle huizen netjes zijn en alle tuintjes aangeharkt. Hoe is dat eigenlijk bij jou, vind je?’ We staan in de gang. Een heuvel schoenen ligt gebroederlijk naast mijn administratie van 2006, dertien oude tv-gidsen, een gymtas, een judopak, een elektrische kindertandenborstel en een paar bokshandschoenen. Ik grijns. ‘Wat denk je zelf?’

 

Ik moet het accepteren. Het leven overkomt me. Maar dat ik alles goed geregeld heb, dat overkomt me dus nooit.

 

 

Van tafeldame bij ‘De Wereld Draait Door’ tot deelnemer aan ‘Wie is de mol?’ Van columnist in het Parool tot het toneelstuk ‘Ajax mijn club’. Veelzijdiger dan journalist/schrijfster Roos Schlikker bestaat niet.

Fotografie: Brenda van Leeuwen