Over stikstof en boerenverdriet
En over het sprookje van één Nederlandse familie die hier wat aan zou kunnen doen.
Kun je het niet meer opbrengen? Al die stikstof- en boerenverdrietverhalen? Lees dan dit verhaaltje over de Nederlandse familie Van D. maar eens. Want dat laat zich lezen als een sprookje. De familie is stinkend rijk, om te beginnen. Volgens Quote de zevende rijkste familie van heel het land zelfs, dus tel maar na. Ruim twee miljard euro bijeengesprokkeld met de import van kalfjes waarvan er per jaar maar liefst 800.000 worden binnengehaald. 800.000 is natuurlijk best veel en om die allemaal vetgemest te krijgen moet je niet al te kieskeurig zijn. Gelukkig dus maar dat de familie Van D. dat ook niet is. Over de omstandigheden waarin die dieren verkeren voordat ze eenmaal een Nederlandse stal bereiken wil ik het niet hebben, om de simpele reden dat ik daar veel te droef van word. Temeer omdat het daarna al niet veel beter wordt.
Vetmesten gebeurt namelijk in zo’n 1500 door de familie geselecteerde krappe stallen zonder stro en gras omdat het vlees zo wit mogelijk moet zijn. Al is men in die stallen aan de andere kant weer wel reuze scheutig met antibiotica omdat voorkomen beter dan genezen zou zijn (hetgeen een broodje-aapverhaal is omdat de mond-en-klauwzeercrisis en de gekkekoeienziekte juist werden veroorzaakt door diezelfde geïmporteerde kalveren).
Vetmesten dus. En eenmaal vet genoeg worden alle 800.000 kalfjes geslacht – nee, echt geen woord hierover! – en wordt 95 procent van het vlees geëxporteerd. Eén familie, 800.000 kalfjes en Nederland als doorgangsland om dit te faciliteren. Het is een beetje het verhaal van niet de lusten, wel de lasten in dit geval, want het enige wat hier achterblijft is een heel erg grote mesthoop.
En nu even terug naar de stikstofcrisis. En naar dat onze boeren, ook onze kalverboeren, duurzamer moeten gaan boeren. Van al die 1500 boeren die voor de familie Van D. vetmesten schijnt er zeggen en schrijven één duurzaam te zijn. En zelfs al waren het er twee of tien, dan nog is dit een lachertje. Tel daarbij op dat de kleine en meer duurzame melkveehouders in Nederland hun kalveren door de massale import door de familie Van D. alleen tegen heel lage prijzen kunnen verkopen en zie daar het ei van Columbus.
Want hoeveel stikstof zouden die 800.000 kalfjes produceren op jaarbasis? Misschien wel zoveel, dat als de familie Van D. nu gewoon eens van haar twee miljard euro ging genieten in plaats van altijd maar nóg meer te willen, het probleem van de stikstof – althans voor een deel – opgelost zou zijn? Of is dit ook een sprookje?
Bron: Quote