Nog even over dingen missen

 

Onlangs schreef ik al over dingen missen die er nooit geweest zijn, maar ik mis natuurlijk – net als jij – ook de dingen die er wél geweest zijn.

 

 

Zo mis ik op dit moment heel erg de tafel van tien. Nee, niet dat de tafel van tien niet meer bestaat natuurlijk. Eén keer tien is nog steeds tien, dus ik durf wel te blijven geloven dat 2×10 ook wel twintig zal blijven tot deze ellende voorbij is. Maar toch… Mijn eigen tafel van tien is al heel lang nul komma niks.  

 

Maar laat ik eerst uitleggen wat de tafel van tien is.

 

Eigenlijk is het de tafel van Tien. Met een hoofdletter. Mijn keukentafel dus! En die was tot voor kort nog vaak gevuld met tien vrienden. Het begin van dit clubje bestaat uit vijf mensen en een kanoclubje van bijna vijftig jaar geleden, en er is natuurlijk weleens een aanvulling en een vertrek geweest, maar de basis is nu al meer dan vijfendertig jaar lang vijf mannen en vijf vrouwen. Voor veel mensen misschien oersaai, maar voor ons een levensbehoefte. En er schuiven natuurlijk ook weleens wat extra mannen met vrouwen (of vrouwen met vrouwen, of mannen met mannen) aan die tafel aan, maar de basis is (én blijft) altijd die tafel van Tien.

 

Tien vrienden aan de tafel van Tineke. Eigenlijk zou je dus kunnen zeggen dat het wel onder familie valt.

 

Maar omdat we niet in één huis wonen – wat soms wel even het plan is, maar wat dan toch weer van tafel wordt geveegd – hebben we elkaar al heel lang niet in levenden lijve gezien. Soms staat er één voor het keukenraam, met een tas vol met tijdschriften. Soms kijk ik stiekem even bij een van de anderen door het raam om te kijken of de verbouwing al opschiet, maar de tafel van Tien – met heel veel lege flessen, uitgedroogd stokbrood, omgevallen nootjes, lege kaasschalen en allang uitgedoofde kaarsen – dat is al zó lang geleden dat het me nu een beetje begint te storen.

 

Zo was onlangs een van ons geslaagd voor een opleiding, en dat zouden we normaal hebben gevierd alsof we allemáál net geslaagd waren. Net als op de middelbare school. Het feit dat je op onze leeftijd je baan kwijtraakt, en dan gewoon voor iets totaal anders gaat leren en daarvoor ook slaagt, dat is wel iets om te vieren, vinden wij. En het feit dat we er alle tien nog zijn, is trouwens ook iets waar we graag en vaak bij stilstaan.

 

Maar onze trots op die ene met een nieuw diploma zouden we nu ook graag hebben beklonken met een goed glas wijn, een hele berg slagroomsoesjes, fijne gesprekken en flauwe moppen. En och, wat mis is dat. Wat voelde het duf om alleen maar een bloemetje te sturen.

 

Maar goed… ik probeer me ook bewust te blijven van het feit dat ik zo’n groepje überhaupt héb. Dat ik deel mag uitmaken van een roedeltje, ook al zien we elkaar nu even niet in levenden lijve. Maar het duurt me inmiddels véél te lang.

 

Dus kom maar door met die vaccins, jongens! Want er moet dringend weer eens gekeken worden of de tafel van Tien nog klopt! Er moeten nodig weer eens moppen getapt worden over falende ministeries, wappies, mutaties, en weet ik veel wat er nog meer staat aan de basis van dit gemis. Er moet worden geproost op onze ouders die het weer hebben gered (ook al naderen ze inmiddels rap de 100!), op kinderen die van alles meemaakten, op banen die dus verdwenen, op hen die het virus doorstonden, op hen die het helemaal niet kregen of die erdoor zijn gesloopt, maar vooral moet er geproost worden op ons. Op het leven, en op wat écht belangrijk is. Gezondheid en vriendschap!

 

En dat gun ik jou, mij, en iedereen nu weer snel. Dus houdt vol, mensen! Volgens mij hebben we de langste tijd nu wel gehad.  

 

Door: Tineke

Tineke is schrijfster van de boeken “Toch?” en “Stof Genoeg” en ze blogt ook zo nu en dan. Ze woont op het platteland met één (leuke) man, twee (lieve) kinderen, drie (onbespeelde) muziekinstrumenten, vier (wisselende) mantelzorgprojecten, een (bijna) vijfde boek, haar zesde (luie) kat, en (dus) ongeveer zeven muizen.

Afbeelding van Tineke