Nieuwe rituelen zijn snel geboren

 

Zoals na elk bezoek verbaas ik me over hoe makkelijk het gaat, dat afscheid.

 

 

 

 

Daar gaan we. Op naar Flo. Nieuwe rituelen zijn snel geboren, zo ook bij ons donderdagse bezoek aan Flo. Een dekentje wordt mee gegrist voor op de achterbank, er wordt kort maar ferm getwist over wie voor- en wie achterin zit en natuurlijk controleren we even of er wat te snaaien is voor onderweg. Ik tik op het hartje op Google Maps met daarachter het adres van Flo dat Bel heeft ingesteld op mijn telefoon. Niet omdat ik de route niet weet, maar zodat ik kan zien of er file is en of we beter via Hilversum of via Utrecht kunnen rijden. 

 

Monti springt in de auto en daar gaan we. Om de beurt kiezen we een stevige meezinger. Grease, Abba, natuurlijk alle liedjes van Wonka, Under Pressure en standaard nog een keer Proud Mary. Onze tweewekelijkse ritjes naar Flo zijn onze muziektherapie. Vijftig minuten zingen werkt helend. Bovendien is het heerlijk om even met elkaar onder een stolp te zitten. Geen Netflix of Amazon Prime. Gewoon wij en liedjes. 

 

De autorij- en zingbehoefte zit blijkbaar in ons DNA want zodra we bij Flo aankomen en alle medebewoners hebben geknuffeld en hun laatste knutselwerken hebben bewonderd, wil zij ook een ritje. Dat ze al gedoucht is en haar pyjama al aanheeft, doet daar niets aan af. ‘Een kort ritje?’ Zou ze weten dat als ze haar hoofd scheef houdt, mijn ruggengraat slapper wordt dan die van een paling? 

 

Dus daar gaan we. Flo heeft zo haar eigen repertoire. YayaYippie van K3 graag. Daarna de leadermuziek van Seabert, een jaren 70-serie over een zeehond waarvan we wat bekraste DVD’s in ons strandhuisje hebben liggen. Na een kwartiertje knisperen mijn banden over de kleine steentjes voor het nieuwe huis van Flo. Nog éven mee naar binnen. Ik vouw de kleding in haar kast even netjes (mijn grootouders hadden een wasserij dus ik ben opvouw-wise enigszins gedeformeerd) en schud haar dekbed wat rechter in het overtrek. Of ik Flo in bed wil stoppen. ‘Alsjeblieft?’ Ik zou niets liever willen dan naast mijn meisje kruipen, haar voorlezen en in slaap kriebelen. Maar als ik dat een keer doe, is er een nieuw patroon in Flo’s autistische brein geëtst en bovendien moet Iggy ook naar bed.

 

Het is nog een klein uur rijden voordat we weer thuis zullen zijn. Dus Z., een van de fantastische begeleiders, zal het doen en dat vindt Flo ook prima. Zoals na elk bezoek verbaas ik me over hoe makkelijk het gaat, dat afscheid. Ik zeg ‘Ik hou van je’, Flo antwoordt ‘I love you’, ik snuffel, zet twee stappen richting de deur, loop terug voor een laatste kusje. Dat herhalen we drie keer en dan gaan we echt. We zwaaien en ik zie haar richting woonkamer lopen. 

 

 

 

 

Op de snelweg mag ik een liedje kiezen. We hebben zes Wonka’s gehad en Under Pressure is ook alweer voorbijgekomen. In het kader van muzikale vorming en broodnodige variatie kies ik Mag ik dan bij jou? van Claudia de Breij. Omdat het zeldzaam mooi en klein is. Ik vertel erbij dat ik het luisterde toen ik Flo ophaalde bij haar tijdelijke onderkomen van de Hartekamp en naar haar nieuwe echte huis ging brengen. ‘Was Flo daar dan bij?’ Vraagt Bel vanaf de achterbank. ‘Nee, liefje. Ik had jullie naar hockey gebracht en reed daarna door naar Flo.’ Waar papa dan was, wil ze weten. Ik vertel haar dat hij al vooruit was om het kamertje van Flo in te richten en gezellig te maken. In mijn achteruitkijkspiegel zie ik dat ze knikt. Helder. Ik druk op play. 

 

Als er een regel komt

Waar ik niet aan voldoen kan

Mag ik dan bij jou?

En als ik iets moet zijn

Wat ik nooit geweest ben

Mag ik dan bij jou?

 

 

Mag ik dan bij jou schuilen

Als het nergens anders kan?

En als ik moet huilen

Droog jij m’n tranen dan?

Want als ik bij jou mag

Mag jij altijd bij mij

Kom wanneer je wilt

Ik hou een kamer voor je vrij

 

Dan zoekt Bel mijn hand. Ze pakt hem vast en aait met haar duim over de rug van mijn hand. Heel rustig, heel volwassen. Ze blijft hem vasthouden. In mijn spiegel zie ik haar gezicht. Geen tranen, wel ernst. We naderen de Leidsche Rijntunnel, niet mijn favoriete gerecht op het autorij-menu. Normaal betekenen tunnels voor mij: cruisecontrol aan en twee handen aan het stuur. Maar vanavond even niet. Mooi niet. Ik draai mijn hoofd een beetje naar rechts, knijp in haar zachte hand en geef er een kus op, zo diep dat al mijn liefde erin geperst is.

 

 

Door: May-Britt Mobach

Afbeelding van May-Britt Mobach