In het Holst van de nacht
Kun jij het, ’s nachts werken?
Ik hoor haar er wel eens over. De alleenstaande moeder van het schoolplein die regelmatig nachtdiensten draait in het ziekenhuis. Na de dienst brengt ze ’s ochtends direct haar kinderen naar school. En daarna slaapt ze een paar uurtjes bij.
Killing, dacht ik altijd op afstand: figuurlijk killing. Wat moet dat zwaar zijn. Niet alleen dat in haar eentje opvoeden van kinderen, maar dan ook nog nachtdiensten moeten draaien. Ze klaagt er niet over hoor, wel zegt ze dat het met de jaren steeds zwaarder wordt. Als hobbymarmot begrijp ik dat maar al te goed.
En zij is heus niet de enige met nachtelijk werk: 1 op de 7 werkenden (wat veel!) werkt in de avond- en nachturen. Niet alleen in ziekenhuizen en verzorgingstehuizen, ook zijn er steeds meer mensen die ervoor zorgen dat onze gisteravond bestelde boeken en schoenen deze ochtend door Fred Pakket thuis worden bezorgd. Of eigenlijk: bij de buren.
Maar nu las ik vanochtend – na een overheerlijke dut – dat nachtdiensten niet alleen figuurlijk killing zijn, maar ook letterlijk. Of eigenlijk, een béétje killing. Want nachtwerk schijnt in sommige gevallen ziekmakend te zijn. Je hebt meer risico op diabetes mellitus type 2 en hart- en vaatziekten, en ook komen miskramen vaker voor bij nachtwerkers. Dat is me wel even schrikken!
Nu zweren sommige mensen bij het werken in het holst van de nacht: niet alleen om de best lekkere financiële toeslag, maar ook om de magie van de nacht. Zeker in de zorg: ‘s nachts is het rustiger, en is er vaker tijd voor een goed gesprek. Maar ja, of dat dan uiteindelijk opweegt tegen je eigen gezondheidsrisico’s …? Voor mij is nachtelijk werk een absolute no-go. Slaap is me daarvoor ‘veuls te heilig’. En daarom hád ik al bewondering voor al die nachtwerkers.
Maar mijn dank en bewondering is met deze wetenschap weer vele malen toegenomen. Dus laten we met z’n allen maar en liedje van Doe Maar inzetten, op de melodie van Nachtzuster.
Nachtwerker, wat moet ik zonder jou beginnen? Nachtwerker!