Moeten vaders meer met barbies spelen?
Uit onderzoek blijkt het goed voor het zelfvertrouwen van dochters als hun vaders samen met ze spelen. Roos vraagt het zich af hoe belangrijk die barbiespeelplicht echt is.
Ik had een vader die werkte. Heel hard en heel vaak. Een lieve vader, eentje die stoeide, die me de kieteldood gaf, en met me door het Sprookjesbos struinde. Maar die ook vaak weg was, ’s avonds zelden voor half 8 thuis. Wij waren geen gezin dat om zes uur met elkaar aan de avonddis zat.
Jammer zou je denken, zeker als ik lees hoe belangrijk vaders voor meisjes denken te zijn. Uit een onderzoek is gebleken dat 58 procent van de vaders gelooft dat samen spelen bijdraagt aan het zelfvertrouwen van hun dochter. 72 procent doet het echter nauwelijks (minder dan een half uur per dag). De reden is niet alleen drukte en werk, maar ook dat die arme pappies geen idee hebben wat ze moeten doen. 57 procent van de vaders weet niet hoe hij met poppen moet spelen.
Ach, het klinkt allemaal wat dramatisch en als je je realiseert dat bovenstaand onderzoek is gedaan in opdracht van een Barbieproducent blijken er gewoon belangen mee gemoeid natuurlijk. Mattel heeft er baat bij dat veel vaders zich achter de oren krabben en zich bewust worden van hun vaderlijke barbiespeelplicht.
Toch zette het me aan het denken. Was ik gelukkiger geweest als mijn vader en ik samen My little pony’s hadden gekamd? Welnee. Terwijl ik dit tik zit ik in een vliegtuig op weg naar Oostenrijk, alwaar ik met mijn gezin ga skiën. En wie is er ook mee? Mijn vader, zoals altijd. Morgen suizen we over hellingen, drinken biertjes aan de tap, vertellen grapjes en heffen ons hoofd naar de zon. Vaders zijn nooit te oud om met je te spelen.
Van tafeldame bij ‘De Wereld Draait Door’ tot deelnemer aan ‘Wie is de mol?’ Van columnist in het Parool tot het toneelstuk ‘Ajax mijn club’. Veelzijdiger dan journalist/schrijfster Roos Schlikker bestaat niet.
Fotografie: Brenda van Leeuwen