Zelf maken: walnoten­wijn

 

 

Marlies: Over een jaar kun je pas je eerste slokje nemen… Maar het is het wachten waard!

 

 
Als je bij wat oudere Dromois op ‘het apero’ komt, is de kans groot dat je naast de traditionele dranken als pastis en muscat de Rivesaltes ook ‘vin de noix’ krijgt aangeboden.
 
Vin de noix (notenwijn) is een product van hier. Veel dorpsbewoners maken deze lekkernij jaarlijks en daarmee beginnen ze rond deze tijd.
 
De wijn wordt gemaakt van verse, groene walnoten die helemaal zacht zijn en nog geen ‘dop’ hebben gevormd. De noten pluk je rond Sint Jan op 24 juni, iets later kan ook nog, maar nooit na 14 juli, want daarna worden de noten té hard; je moet ze gemakkelijk door kunnen snijden.

 

Geduld

Notenwijn maken vraagt wat geduld, want pas na een jaar kun je het eerste slokje nemen. Maar je wordt dan wel beloond met een heerlijke, lichtzoete wijn, die bovendien steeds lekkerder wordt naarmate hij rijpt.

 

Aan de slag

Je hebt een grote karaf of fles nodig van circa 5 liter. Ik gebruik hiervoor een grote mandfles, waar de mand van verwijderd is. Verder heb je eau de vie van vruchten nodig, dit vind je bij de slijter. De smaak is niet zo belangrijk; het kan een Marc zijn of een eau de vie van pruimen bijvoorbeeld. En tenslotte nog een stevige rode wijn, een Côtes du Rhône is heel geschikt.

 

Vin de noix

voor circa 4 liter

 
Dit heb je nodig

  • 40 verse, groene walnoten
  • 4 kruidnagels
  • 1 l eau de vie van vruchten
  • 1 kg fijne tafelsuiker
  • 4 l stevige rode wijn

 

Zo maak je het

Was de noten en maak ze goed droog. Snijd elke noot in vieren en kneus elk stukje met een stevig mes of met de onderkant van een steelpan.
Doe de noten in een grote fles van circa 5 liter samen met de kruidnagels en de eau de vie.
Dek de fles af met een grote kurk of een gaasje, er moet wel wat lucht bij kunnen komen, dus als je de fles met een kurk afsluit, moet je deze er een beetje schuin opzetten. Het is wel verstandig om er eerst een dubbelgevouwen gaasje op te leggen, zodat er niets in de fles kan vallen.
Laat dit twee maanden staan, zodat de noten hun smaak kunnen afgeven. Doe dit op een koele, donkere plaats en schud de fles heel regelmatig.
Voeg dan de suiker en de wijn toe en laat dit vervolgens nog één week intrekken, roer of schud heel regelmatig, zodat je zeker weet dat de suiker goed is opgelost. Schenk de wijn over in kleinere flessen, doe dit door een fijne zeef of door kaasdoek of dubbelgevouwen gaasjes. Sluit de flessen goed af en bewaar ze op een koele, donkere plek. Bewaar de wijn minstens een jaar voordat je gaat proeven!

 

Ook in Nederland kun je notenwijn maken op precies dezelfde manier en om dezelfde tijd, er zijn voldoende plekken waar walnotenbomen staan.

 

Proost!

 

 

Marlies Batelaan is allround culi-expert. Ze woont parttime in de Drôme. Werkte als redacteur bij Tip Culinair en Libelle en schreef voor lifestylemagazines. Ze weet alles van koken, ingrediënten en koks.